Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. sheepishness:
  2. sheepish:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor sheepishness (Engels) in het Zweeds

sheepishness:

sheepishness [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the sheepishness
    enfaldighet; fåraktighet

Vertaal Matrix voor sheepishness:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enfaldighet sheepishness
fåraktighet sheepishness
- shamefacedness

Verwante woorden van "sheepishness":


Synoniemen voor "sheepishness":


Verwante definities voor "sheepishness":

  1. feeling embarrassed about yourself1

sheepish:

sheepish bijvoeglijk naamwoord

  1. sheepish (mutton-head; simpleton)
    fåraktig; fåraktigt

Vertaal Matrix voor sheepish:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- shamefaced; sheeplike
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fåraktig mutton-head; sheepish; simpleton
fåraktigt mutton-head; sheepish; simpleton

Verwante woorden van "sheepish":


Synoniemen voor "sheepish":


Verwante definities voor "sheepish":

  1. showing a sense of shame1
  2. like or suggestive of a sheep in docility or stupidity or meekness or timidity1

Wiktionary: sheepish


Cross Translation:
FromToVia
sheepish fåraktig; förlägen; som ett fån belämmert — (umgangssprachlich): betreten, eingeschüchtert
sheepish dum idiotignare, ignorant.
sheepish dum stupide — Qui frapper de stupeur.