Engels
Uitgebreide vertaling voor rustling (Engels) in het Zweeds
rustling:
-
the rustling (rustle; tingling)
-
the rustling
prasslande; rasslande; frasande-
prasslande zelfstandig naamwoord
-
rasslande zelfstandig naamwoord
-
frasande zelfstandig naamwoord
-
Vertaal Matrix voor rustling:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frasande | rustle; rustling; tingling | cracking |
prassel | rustle; rustling; tingling | |
prasslande | rustling | |
rassel | rustle; rustling; tingling | rattle |
rasslande | rustling | clanking; clatter; jingling; rattling |
- | rustle; whisper; whispering | |
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | murmurous; soughing; susurrous |
Verwante woorden van "rustling":
Synoniemen voor "rustling":
Verwante definities voor "rustling":
rustle:
-
the rustle (rustling; tingling)
-
the rustle
knistrande-
knistrande zelfstandig naamwoord
-
-
to rustle
-
to rustle (sough)
-
to rustle (crackle)
-
to rustle (speak with a lisp; whisper; whizz; lisp; whoosh)
läspa; tala med en läspning-
tala med en läspning werkwoord (talar med en läspning, talade med en läspning, talat med en läspning)
Conjugations for rustle:
present
- rustle
- rustle
- rustles
- rustle
- rustle
- rustle
simple past
- rustled
- rustled
- rustled
- rustled
- rustled
- rustled
present perfect
- have rustled
- have rustled
- has rustled
- have rustled
- have rustled
- have rustled
past continuous
- was rustling
- were rustling
- was rustling
- were rustling
- were rustling
- were rustling
future
- shall rustle
- will rustle
- will rustle
- shall rustle
- will rustle
- will rustle
continuous present
- am rustling
- are rustling
- is rustling
- are rustling
- are rustling
- are rustling
subjunctive
- be rustled
- be rustled
- be rustled
- be rustled
- be rustled
- be rustled
diverse
- rustle!
- let's rustle!
- rustled
- rustling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor rustle:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frasande | rustle; rustling; tingling | cracking; rustling |
knistrande | rustle | |
prassel | rustle; rustling; tingling | |
rassel | rustle; rustling; tingling | rattle |
- | rustling; whisper; whispering | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frasa | crackle; rustle; sough | formulate; phrase; put into words; word |
läspa | lisp; rustle; speak with a lisp; whisper; whizz; whoosh | lisp |
prassla | crackle; rustle; sough | |
rassla | crackle; rustle; sough | clatter |
smattra | crackle; rustle | |
tala med en läspning | lisp; rustle; speak with a lisp; whisper; whizz; whoosh | |
- | lift |