Engels
Uitgebreide vertaling voor rascally (Engels) in het Zweeds
rascally:
-
rascally (waggish; naughty; mischievous; playful; boyish; boy-like)
skälmaktigt; uppslupet; lustig; munter; skojfrisk; muntert; lustigt; skojfriskt-
skälmaktigt bijvoeglijk naamwoord
-
uppslupet bijvoeglijk naamwoord
-
lustig bijvoeglijk naamwoord
-
munter bijvoeglijk naamwoord
-
skojfrisk bijvoeglijk naamwoord
-
muntert bijvoeglijk naamwoord
-
lustigt bijvoeglijk naamwoord
-
skojfriskt bijvoeglijk naamwoord
-
-
rascally
-
rascally (roguish; mischievous; waggish; arch)
odygdig; bovaktig; odygdigt; skurkaktigt; bovaktigt-
odygdig bijvoeglijk naamwoord
-
bovaktig bijvoeglijk naamwoord
-
odygdigt bijvoeglijk naamwoord
-
skurkaktigt bijvoeglijk naamwoord
-
bovaktigt bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor rascally:
Verwante woorden van "rascally":
Synoniemen voor "rascally":
Verwante definities voor "rascally":
rascal:
-
the rascal (knave; naughty boy; scoundrel; baddie; rogue; naughty child; blackguard; good for nothing)
-
the rascal (rogue)
– a deceitful and unreliable scoundrel 1 -
the rascal (scoundrel; villain; bastard; rogue; cad)
-
the rascal (lad; guy; naughty boy; scamp; youth)
-
the rascal (pariah; cur; scoundrel)
-
the rascal (rogue; slyboots; queer chap; queer fellow; wag)
-
the rascal (naughty boy)
-
the rascal (scoundrel; sly dog; stinker; skunk; screw; cur)
-
the rascal (naughty child; rogue; naughty boy; jackanapes)
odygdigt barn-
odygdigt barn zelfstandig naamwoord
-
-
the rascal (brat)
-
the rascal (blighter)
– one who is playfully mischievous 1