Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. precept:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor precept (Engels) in het Zweeds

precept:

precept [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the precept (regulation; rule)
    regel; föreskrift; bestämmelse
  2. the precept (axiom; dogma; fundamental property; maxim; tenet)
    axiom; dogm; maxim; grundsats
    • axiom [-ett] zelfstandig naamwoord
    • dogm [-en] zelfstandig naamwoord
    • maxim [-en] zelfstandig naamwoord
    • grundsats [-en] zelfstandig naamwoord
  3. the precept (main proposition; principle; central argument; maxim)
    huvud förslag

Vertaal Matrix voor precept:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
axiom axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet
bestämmelse precept; regulation; rule bound for; circumstances; condition; destination; instructions; issuing of rules; rules; stipulation
dogm axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet article of faith; dogma; reading; religious doctrine; tenet; version
föreskrift precept; regulation; rule assignment; command; compass; instruction; instructions; issuing of rules; official regulation; order; prescription; recommendation; regulation; rule; rules
grundsats axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet central thesis
huvud förslag central argument; main proposition; maxim; precept; principle
maxim axiom; dogma; fundamental property; maxim; precept; tenet basic rule; maxim; principle; rule; rule of life
regel precept; regulation; rule basic rule; bolt; catch; clasp; clasp-fastening; filter; latch; maxim; official regulation; principle; regulation; rule; rule of life; spring-bolt; tongue
- commandment; principle; teaching

Verwante woorden van "precept":

  • precepts

Synoniemen voor "precept":


Verwante definities voor "precept":

  1. a doctrine that is taught1
    • he believed all the Christian precepts1
  2. rule of personal conduct1

Wiktionary: precept

precept
noun
  1. rule or principle governing personal conduct