Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. peppered:
  2. pepper:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor peppered (Engels) in het Zweeds

peppered:

peppered bijvoeglijk naamwoord

  1. peppered (seasoned; spicy; spiced; peppery)
    kryddad; kryddat; pepprat; pepprad

Vertaal Matrix voor peppered:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kryddad peppered; peppery; seasoned; spiced; spicy seasoned
kryddat peppered; peppery; seasoned; spiced; spicy seasoned; spiced; spicy
pepprad peppered; peppery; seasoned; spiced; spicy
pepprat peppered; peppery; seasoned; spiced; spicy

Verwante woorden van "peppered":


pepper:

pepper [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pepper (paprika; capsicum)
    peppar
    • peppar [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pepper:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
peppar capsicum; paprika; pepper
- Madagascar pepper; Piper nigrum; black pepper; capsicum; capsicum pepper plant; common pepper; peppercorn; white pepper
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- pelt

Verwante woorden van "pepper":


Synoniemen voor "pepper":


Verwante definities voor "pepper":

  1. sweet and hot varieties of fruits of plants of the genus Capsicum1
  2. pungent seasoning from the berry of the common pepper plant of East India; use whole or ground1
  3. any of various tropical plants of the genus Capsicum bearing peppers1
  4. climber having dark red berries (peppercorns) when fully ripe; southern India and Sri Lanka; naturalized in northern Burma and Assam1
  5. attack and bombard with or as if with missiles1
  6. add pepper to1
    • pepper the soup1

Wiktionary: pepper

pepper
noun
  1. plant
  2. spice
  3. fruit of the capsicum
verb
  1. add pepper to
  2. add at frequent intervals

Cross Translation:
FromToVia
pepper paprika Paprikanur Maskulinum, kPl.: Gewürz in Pulverform, das scharf oder mild ist
pepper peppar PfefferBotanik: speziell die in Indien verbreitete Kletterpflanze Piper nigrum
pepper peppar Pfeffer — die getrockneten, meist auch mahlen Früchte der Pfefferpflanze; ein sehr beliebtes scharfes Gewürz
pepper peppra pfeffern — (transitiv) mit Pfeffer bestreuen
pepper peppar poivreépice obtenue à partir des baies de différentes espèces de poivriers, des plantes de la famille des Pipéracées.
pepper peppra poivrer — (cuisine) assaisonner de poivre.
pepper paprika poivronplante annuelle de la famille des solanacées originaire d'Amérique du Sud et Amérique centrale, cultivée comme plante potagère pour ses fruits consommés, crus ou cuits, comme légumes.