Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal pacifier

Vertaal pacifier van Engels naar Zweeds

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pacifier:
  2. pacify:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor pacifier (Engels) in het Zweeds

pacifier:

pacifier [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pacifier (dummy teat; teat; comforter; consoler)
    tröstnapp; napp; tutte
    • tröstnapp zelfstandig naamwoord
    • napp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • tutte zelfstandig naamwoord
  2. the pacifier (comforter; teat; dummy; )
    napp; tutte
    • napp [-ett] zelfstandig naamwoord
    • tutte zelfstandig naamwoord

pacifier

  1. pacifier (dummy; tit)
    tutt

Vertaal Matrix voor pacifier:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
napp comforter; consoler; dummy; dummy teat; mamilla; pacifier; rubber-teat; teat
tröstnapp comforter; consoler; dummy teat; pacifier; teat
tutte comforter; consoler; dummy; dummy teat; mamilla; pacifier; rubber-teat; teat
- baby's dummy; comforter; conciliator; make-peace; peacemaker; reconciler; teething ring
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
tutt dummy; pacifier; tit

Verwante woorden van "pacifier":

  • pacifiers

Synoniemen voor "pacifier":


Verwante definities voor "pacifier":

  1. device used for an infant to suck or bite on1
  2. anything that serves to pacify1
  3. someone who tries to bring peace1

Wiktionary: pacifier

pacifier
noun
  1. one who pacifies
  2. for a baby
Cross Translation:
FromToVia
• pacifier → lugnande medel; sedativt läkemedel ↔ Beruhigungsmittel — Medizin: ein Arzneimittel, das anxiolytisch (angstlösend), beruhigend oder schlaffördernd wirken kann
• pacifier → fredsstiftare; fredsmedlare; fredsmäklare ↔ Friedensstifter — jemand, der aktiv (als Vermittler) für die Beilegung von Streitereien oder eines Konflikts (zwischen anderen) handeln

pacify:

to pacify werkwoord (pacifies, pacified, pacifying)

  1. to pacify
    återställa freden; pacificera; lugna ned
    • återställa freden werkwoord (återställer freden, återställde freden, återställt freden)
    • pacificera werkwoord (pacificerar, pacificerade, pacificerat)
    • lugna ned werkwoord (lugnar ned, lugnade ned, lugnat ned)

Conjugations for pacify:

present
  1. pacify
  2. pacify
  3. pacifies
  4. pacify
  5. pacify
  6. pacify
simple past
  1. pacified
  2. pacified
  3. pacified
  4. pacified
  5. pacified
  6. pacified
present perfect
  1. have pacified
  2. have pacified
  3. has pacified
  4. have pacified
  5. have pacified
  6. have pacified
past continuous
  1. was pacifying
  2. were pacifying
  3. was pacifying
  4. were pacifying
  5. were pacifying
  6. were pacifying
future
  1. shall pacify
  2. will pacify
  3. will pacify
  4. shall pacify
  5. will pacify
  6. will pacify
continuous present
  1. am pacifying
  2. are pacifying
  3. is pacifying
  4. are pacifying
  5. are pacifying
  6. are pacifying
subjunctive
  1. be pacified
  2. be pacified
  3. be pacified
  4. be pacified
  5. be pacified
  6. be pacified
diverse
  1. pacify!
  2. let's pacify!
  5. pacified
  6. pacifying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor pacify:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lugna ned pacify allay; calm down; cool down; soothe; subside
pacificera pacify
återställa freden pacify
- appease; assuage; conciliate; gentle; gruntle; lenify; mollify; placate

Verwante woorden van "pacify":


Synoniemen voor "pacify":


Verwante definities voor "pacify":

  1. fight violence and try to establish peace in (a location)1
    • The U.N. troops are working to pacify Bosnia1
  2. cause to be more favorably inclined; gain the good will of1







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0259 seconde
Page rendered in 1.0 seconds