Engels

Uitgebreide vertaling voor overpowering (Engels) in het Zweeds

overpowering:

overpowering bijvoeglijk naamwoord

  1. overpowering (awecommanding; overwhelming; respectful; )
    respektingivande; vördnadsingivande

overpowering [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the overpowering (conquest; capture)
    överväldigande; bedövande; övermannande

Vertaal Matrix voor overpowering:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedövande capture; conquest; overpowering
övermannande capture; conquest; overpowering
överväldigande capture; conquest; overpowering overwhelming
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- overwhelming
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
respektingivande awecommanding; deferent; overpowering; overwhelming; regardful; respectful; reverential; stupendous
vördnadsingivande awecommanding; deferent; overpowering; overwhelming; regardful; respectful; reverential; stupendous
överväldigande confounding; dumbfounded; overwhelming

Verwante woorden van "overpowering":


Synoniemen voor "overpowering":


Verwante definities voor "overpowering":

  1. so strong as to be irresistible1
    • an overpowering need for solitude1

overpower:

to overpower werkwoord (overpowers, overpowered, overpowering)

  1. to overpower (overwhelm; take possession of something; overcome; tame)
    överkommande
    • överkommande werkwoord (överkommander, överkommandde, överkommandet)
  2. to overpower (bring under control; subject; bring to submission; tame; control)
    tämja; underkasta sig; kontrollera
    • tämja werkwoord (tämjar, tämjade, tämjat)
    • underkasta sig werkwoord (underkastar sig, underkastade sig, underkastat sig)
    • kontrollera werkwoord (kontrollerar, kontrollerade, kontrollerat)

Conjugations for overpower:

present
  1. overpower
  2. overpower
  3. overpowers
  4. overpower
  5. overpower
  6. overpower
simple past
  1. overpowered
  2. overpowered
  3. overpowered
  4. overpowered
  5. overpowered
  6. overpowered
present perfect
  1. have overpowered
  2. have overpowered
  3. has overpowered
  4. have overpowered
  5. have overpowered
  6. have overpowered
past continuous
  1. was overpowering
  2. were overpowering
  3. was overpowering
  4. were overpowering
  5. were overpowering
  6. were overpowering
future
  1. shall overpower
  2. will overpower
  3. will overpower
  4. shall overpower
  5. will overpower
  6. will overpower
continuous present
  1. am overpowering
  2. are overpowering
  3. is overpowering
  4. are overpowering
  5. are overpowering
  6. are overpowering
subjunctive
  1. be overpowered
  2. be overpowered
  3. be overpowered
  4. be overpowered
  5. be overpowered
  6. be overpowered
diverse
  1. overpower!
  2. let's overpower!
  3. overpowered
  4. overpowering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

overpower

  1. overpower

Vertaal Matrix voor overpower:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kontrollera check
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kontrollera bring to submission; bring under control; control; overpower; subject; tame check; control; count again; examine; have under control; hear; inspect; keep under control; restrain; run over again; suppress; survey; test; try; verify; view
tämja bring to submission; bring under control; control; overpower; subject; tame
underkasta sig bring to submission; bring under control; control; overpower; subject; tame put up with; submit to
överkommande overcome; overpower; overwhelm; take possession of something; tame
- overcome; overmaster; overtake; overwhelm; sweep over; whelm
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
övermanna overpower

Verwante woorden van "overpower":


Synoniemen voor "overpower":


Verwante definities voor "overpower":

  1. overcome by superior force1
  2. overcome, as with emotions or perceptual stimuli1