Engels

Uitgebreide vertaling voor moody (Engels) in het Zweeds

moody:

moody bijvoeglijk naamwoord

  1. moody (bad tempered; grumpy; cantankerous; )
    på dåligt humör; vresig; vresigt
  2. moody (gloomy; sad; sombre; )
    ledsen
    • ledsen bijvoeglijk naamwoord
  3. moody (peevish; grumpy; sullen; )
    gnällig; irriterad; vresig; gnälligt; vresigt; retligt; knarrigt; kinkigt

Vertaal Matrix voor moody:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ledsen a pity
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- dark; dour; glowering; glum; morose; saturnine; sour; sullen; temperamental
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gnällig bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly
gnälligt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly
irriterad bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly angry; annoyed; edgy; enraged; fierce; furious; inflamed; infuriated; irate; irritated; mad; raging; sore; upset; vexed
kinkigt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly catty; peevish; petulant; querulous; spidery; spiky; sulky; testy; weedy
knarrigt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly cantankerous; catty; crabbed; crusty; gruff; grumbling; grumbly; grumpish; grumpy; nagging; peevish; petulant; querulous; rigid; sullen; surly; testy
ledsen cheerless; gloomy; joyless; moody; pensive; sad; somber; sombre; triste; wistful sad
på dåligt humör bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing
retligt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly catty; daring; defiant; ostentatious; peevish; petulant; provocative; provoking; querulous; testy
vresig bad tempered; bad-tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; gruff; grumpy; lamenting; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly; wailing cantankerous; churlish; crabbed; cross; crusty; gruff; grumpy; nagging; peevish; rigid; sullen; surly
vresigt bad tempered; bad-tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; gruff; grumpy; lamenting; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly; wailing cantankerous; capricious; churlish; crabbed; cross; crusty; gruff; grumbling; grumbly; grumpish; grumpy; nagging; peevish; rigid; sullen; surly

Verwante woorden van "moody":


Synoniemen voor "moody":


Verwante definities voor "moody":

  1. subject to sharply varying moods1
  2. showing a brooding ill humor1
    • he sat in moody silence1


Computer vertaling door derden: