Overzicht
Engels naar Zweeds: Meer gegevens...
-
juncture:
-
Wiktionary:
juncture → fogelement, interfix, junktur -
Synoniemen voor "juncture":
occasion; happening; occurrence; occurrent; natural event
critical point; crossroads; crisis
articulation; join; joint; junction; connection; connexion; link
-
Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor juncture (Engels) in het Zweeds
juncture:
Vertaal Matrix voor juncture:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | articulation; critical point; crossroads; join; joint; junction; occasion |
Synoniemen voor "juncture":
Verwante definities voor "juncture":
Wiktionary: juncture
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• juncture | → fogelement; interfix | ↔ Fugenelement — Linguistik: eingeschobenes Element zwischen den Bestandteilen (Konstituenten) eines zusammengesetzten Wortes (Kompositums) |
• juncture | → junktur | ↔ Junktur — Linguistik, speziell Phonologie: suprasegmentales Merkmal, das eine Morphemgrenze oder Wortgrenze anzeigt |