Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal jailed

Vertaal jailed van Engels naar Zweeds

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

jail:
- fängelse
- häkte
Wiktionary:
- jail → bur, fängelse, häkte, kåk, finka, kurra, bura in, spärra in, cell

Engels

Uitgebreide vertaling voor jailed (Engels) in het Zweeds

jailed:

Vertaal Matrix voor jailed:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	captive; confined; imprisoned

Synoniemen voor "jailed":

captive; confined; imprisoned; unfree

Verwante definities voor "jailed":

being in captivity¹

jail:

jail [the ~] zelfstandig naamwoord

the jail (prison; penitentiary; detention centre; prison camp; convict prison; correctional center)
fängelse
- fängelse [-ett] zelfstandig naamwoord

jail

jail (gaol; custody)
häkte
- häkte

Vertaal Matrix voor jail:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fängelse	convict prison; correctional center; detention centre; jail; penitentiary; prison; prison camp
-	clink; gaol; jailhouse; pokey; poky; slammer
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
häkte	custody; gaol; jail

Verwante woorden van "jail":

jails

Synoniemen voor "jail":

jailhouse; gaol; clink; slammer; poky; pokey; correctional institution
imprison; incarcerate; lag; immure; put behind bars; jug; gaol; put away; remand; confine; detain

Verwante definities voor "jail":

a correctional institution used to detain persons who are in the lawful custody of the government (either accused persons awaiting trial or convicted persons serving a sentence)¹

Wiktionary: jail

Cross Translation:

From	To	Via
• jail	→ bur	↔ Bau — Gelegentlich umgangssprachlich für Gefängnis, der Ort an dem Verbrecher eingesperrt werden
• jail	→ fängelse	↔ Gefängnis — Gebäude oder Anlage, in dem Personen, die vom Gericht zu einer unbedingten Haftstrafe verurteilt wurden, unter Verschluss gehalten werden
• jail	→ häkte; kåk; finka; kurra	↔ Knast — (umgangssprachlich) Gefängnis
• jail	→ bura in; spärra in	↔ einsperren — (umgangssprachlich) eine Person gefangensetzen
• jail	→ fängelse; cell	↔ prison — endroit clos où enfermer les personnes condamnés à une peine de privation de liberté ou les prévenus en attente de jugement.

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University