Giant in het Zweeds vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

giant:
- jätte; koloss; rese; gigant; stort exemplar
Wiktionary:
- giant → jättelik, enorm, jättestor
- giant → jätte
- giant → jätte, gigant, jättelik, kolossal

Engels

Uitgebreide vertaling voor giant (Engels) in het Zweeds

the giant (colossus; jumbo; big man)
jätte; koloss; rese
- jätte [-en] zelfstandig naamwoord
- koloss [-en] zelfstandig naamwoord
- rese [-en] zelfstandig naamwoord
the giant (broad man)
jätte; rese; gigant
- jätte [-en] zelfstandig naamwoord
- rese [-en] zelfstandig naamwoord
- gigant [-en] zelfstandig naamwoord
the giant (whopper)
rese; gigant; stort exemplar
- rese [-en] zelfstandig naamwoord
- gigant [-en] zelfstandig naamwoord
- stort exemplar zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gigant	broad man; giant; whopper
jätte	big man; broad man; colossus; giant; jumbo	colossus; monster; strapper; whopper
koloss	big man; colossus; giant; jumbo	colossus; hulk; monster; whopper
rese	big man; broad man; colossus; giant; jumbo; whopper
stort exemplar	giant; whopper
-	behemoth; colossus; giant star; goliath; heavyweight; hulk; monster; titan; whale
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	elephantine; gargantuan; jumbo

elephantine; gargantuan; jumbo; large; big
animal; animate being; beast; brute; creature; fauna
colossus; behemoth; heavyweight; titan; important person; influential person; personage
enterprise
hulk; whale; large person
goliath; monster; anomaly; unusual person
imaginary being; imaginary creature
giant star; star

of great mass; huge and bulky¹
any creature of exceptional size¹
an unusually large enterprise¹
- Walton built a retail giant¹
a very bright star of large diameter and low density (relative to the Sun)¹
an imaginary figure of superhuman size and strength; appears in folklore and fairy tales¹
a person of exceptional importance and reputation¹
someone or something that is abnormally large and powerful¹
a very large person; impressive in size or qualities¹

giant

adjective

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• giant	→ jätte	↔ reus — een buitengewoon grote man
• giant	→ gigant	↔ Gigant — Riese
• giant	→ jätte	↔ Hüne — ein Riese, ein riesenhafter Mensch oder ein sehr großer, breitschultriger Mann
• giant	→ jätte	↔ Riese — mythologisch: großes menschenähnliches Wesen
• giant	→ jätte	↔ Riese — übertragen: sehr großer Mensch
• giant	→ jättelik	↔ gigantesque — Qui dépasse considérablement la taille ordinaire
• giant	→ kolossal; jättelik	↔ énorme — Qui excéder de beaucoup la grandeur ou la grosseur habituelle.