Frights in het Zweeds vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

frights:
- fasor; skrämmande saker
fright:
- fruktan; skräck; rädsla; bestörtning; avsky; räddsla; ängsla; ångest; panik; fasa
- skräckfigur; ängslan
Wiktionary:
- fright → fasa, skräck, fruktan
- fright → fruktan, rädsla, skräck

Engels

Uitgebreide vertaling voor frights (Engels) in het Zweeds

frights:

frights [the ~] zelfstandig naamwoord

the frights (terrors)
fasor; skrämmande saker
- fasor zelfstandig naamwoord
- skrämmande saker zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor frights:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fasor	frights; terrors	horrors; terrors
skrämmande saker	frights; terrors

Verwante woorden van "frights":

fright

fright:

fright [the ~] zelfstandig naamwoord

the fright (consternation; upset; repulsion; confusion; dismay; alarm)
fruktan; skräck; rädsla; bestörtning; avsky
- fruktan zelfstandig naamwoord
- skräck [-en] zelfstandig naamwoord
- rädsla [-en] zelfstandig naamwoord
- bestörtning [-en] zelfstandig naamwoord
- avsky [-en] zelfstandig naamwoord
the fright (fear; anxiety)
räddsla; ängsla
- räddsla zelfstandig naamwoord
- ängsla [-en] zelfstandig naamwoord
the fright (panic; terror)
ångest; rädsla; panik
- ångest [-en] zelfstandig naamwoord
- rädsla [-en] zelfstandig naamwoord
- panik [-en] zelfstandig naamwoord
the fright (horror; cat)
skräck; fasa
- skräck [-en] zelfstandig naamwoord
- fasa [-en] zelfstandig naamwoord

fright

fright (bugbear)
skräckfigur
- skräckfigur
fright (uneasiness; anxiety)
ängslan
- ängslan

Vertaal Matrix voor fright:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avsky	alarm; confusion; consternation; dismay; fright; repulsion; upset	abomination; atrocity; detestation; gruel; horror
bestörtning	alarm; confusion; consternation; dismay; fright; repulsion; upset	consternation; dejection; dismay; state of shock
fasa	cat; fright; horror
fruktan	alarm; confusion; consternation; dismay; fright; repulsion; upset
panik	fright; panic; terror	panic
räddsla	anxiety; fear; fright
rädsla	alarm; confusion; consternation; dismay; fright; panic; repulsion; terror; upset	afraidness; fears; spectres; timidity; timorousness
skräck	alarm; cat; confusion; consternation; dismay; fright; horror; repulsion; upset	Horror
ängsla	anxiety; fear; fright	anguish; dread; fear
ångest	fright; panic; terror
-	fear; fearfulness
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
avsky		abhor; despise; detest; disdain; disregard; hate; hold in contempt; loathe; look down upon; scorn; slight; treat with disregard
fasa		be caught by horror; shiver; shudder
-	affright; frighten; scare
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
skräckfigur	bugbear; fright
ängslan	anxiety; fright; uneasiness

Verwante definities voor "fright":

an emotion experienced in anticipation of some specific pain or danger (usually accompanied by a desire to flee or fight)¹
cause fear in¹

Wiktionary: fright

fright

noun

A state of terror excited by the sudden appearance of danger
- fright → fasa; skräck; fruktan

Cross Translation:

From	To	Via
• fright	→ fruktan; rädsla	↔ crainte — Action de craindre
• fright	→ skräck	↔ épouvante — peur intense causer par une menace devenue soudain perceptible.

Remove Ads

Vertaal frights van Engels naar Zweeds

Uitgebreide vertaling voor frights (Engels) in het Zweeds

frights:

frights [the ~] zelfstandig naamwoord

the frights (terrors)

Vertaal Matrix voor frights:

Verwante woorden van "frights":

fright:

fright [the ~] zelfstandig naamwoord

the fright (consternation; upset; repulsion; confusion; dismay; alarm)

the fright (fear; anxiety)

the fright (panic; terror)

the fright (horror; cat)

fright

fright (bugbear)

fright (uneasiness; anxiety)

Vertaal Matrix voor fright:

Verwante woorden van "fright":

Synoniemen voor "fright":

Antoniemen van "fright":

Verwante definities voor "fright":

Wiktionary: fright