Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. fiancé:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor fiancé (Engels) in het Zweeds

fiancé:

fiancé [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fiancé (fiancée)
    fästman; fästmö

Vertaal Matrix voor fiancé:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fästman fiancé; fiancée
fästmö fiancé; fiancée

Wiktionary: fiancé

fiancé
noun
  1. man who is engaged to be married

Cross Translation:
FromToVia
fiancé brudgum Bräutigam — zukünftiger männlicher Ehepartner
fiancé fästman accordé — (vieilli) Celui qu’engager un accord réciproque en vue du mariage.