Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal expatriation

Vertaal expatriation van Engels naar Zweeds

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

expatriation:
- expatriering
expatriate:
- emigrant; utvandrare
- expatriera
Wiktionary:
- expatriate → emigrera, utvandra, förvisa, bannlysa
- expatriate → emigrant, utvandrare, landsflyktning

Engels

Uitgebreide vertaling voor expatriation (Engels) in het Zweeds

expatriation:

expatriation

expatriation
expatriering
- expatriering

Vertaal Matrix voor expatriation:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	deportation; emigration; exile; out-migration; transportation
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
expatriering	expatriation

Verwante woorden van "expatriation":

expatriate

Synoniemen voor "expatriation":

exile; deportation; transportation; banishment; proscription
emigration; out-migration; migration

Verwante definities voor "expatriation":

migration from a place (especially migration from your native country in order to settle in another)¹
the act of expelling a person from their native land¹
- the expatriation of wealthy farmers¹

expatriation vorm van expatriate:

expatriate [the ~] zelfstandig naamwoord

the expatriate (emigrant)
emigrant; utvandrare
- emigrant [-en] zelfstandig naamwoord
- utvandrare [-en] zelfstandig naamwoord

expatriate

expatriate
expatriera
- expatriera

Vertaal Matrix voor expatriate:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
emigrant	emigrant; expatriate
utvandrare	emigrant; expatriate	migrant; migrants
-	exile; expat
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	deport; exile
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
expatriera	expatriate

Verwante woorden van "expatriate":

expatriates, expatriation

Synoniemen voor "expatriate":

exile; absentee
deport; exile; expel; throw out; kick out
emigrate

Antoniemen van "expatriate":

repatriate

Verwante definities voor "expatriate":

a person who is voluntarily absent from home or country¹
- American expatriates¹
move away from one's native country and adopt a new residence abroad¹
expel from a country¹

Wiktionary: expatriate

expatriate

verb

withdraw from one’s country
- expatriate → emigrera; utvandra
banish
- expatriate → förvisa; bannlysa

noun

person living outside own country
- expatriate → emigrant; utvandrare
person who has been banished from his own country
- expatriate → landsflyktning

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University