Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal exceeding

Vertaal exceeding van Engels naar Zweeds

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. exceeding:
  2. exceed:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor exceeding (Engels) in het Zweeds

exceeding:

exceeding bijvoeglijk naamwoord

  1. exceeding (defiant)
    ytterlig; ytterst; utomordentlig; ytterligt; utomordentligt; utmanandet

Vertaal Matrix voor exceeding:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- exceptional; olympian; prodigious; surpassing
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
- exceeding of the budget
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
utomordentligt extraordinarily
ytterligt exceedingly; extremely
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
utmanandet defiant; exceeding
utomordentlig defiant; exceeding exceptional; exquisite; extraordinary; glorious; magnificent; splendid; wonderful; wondrous
utomordentligt defiant; exceeding blessed; divine; exceptional; exquisite; extraordinary; glorious; illustrious; magnificent; renowned; splendid; wonderful; wondrous
ytterlig defiant; exceeding
ytterligt defiant; exceeding excessive; exorbitant; extravagant; outrageous; unprecedented
ytterst defiant; exceeding highest; peak; profoundly; uppermost; utmost; very utmost

Verwante woorden van "exceeding":


Synoniemen voor "exceeding":


Verwante definities voor "exceeding":

  1. far beyond what is usual in magnitude or degree1
    • a night of exceeding darkness1

exceeding vorm van exceed:

to exceed werkwoord (exceeds, exceeded, exceeding)

  1. to exceed
    överstiga; överskrida; överträffa
    • överstiga werkwoord (överstigar, överstigade, överstigat)
    • överskrida werkwoord (överskrider, överskred, överskridit)
    • överträffa werkwoord (överträffar, överträffade, överträffat)
  2. to exceed (surpass; transcend; excel)
    överstiga
    • överstiga werkwoord (överstigar, överstigade, överstigat)
  3. to exceed (surpass; outbid; transcend; excel)
    överskrida; överstiga; överskjuta
    • överskrida werkwoord (överskrider, överskred, överskridit)
    • överstiga werkwoord (överstigar, överstigade, överstigat)
    • överskjuta werkwoord (överskjuter, överskjöt, överskjutit)

Conjugations for exceed:

present
  1. exceed
  2. exceed
  3. exceeds
  4. exceed
  5. exceed
  6. exceed
simple past
  1. exceeded
  2. exceeded
  3. exceeded
  4. exceeded
  5. exceeded
  6. exceeded
present perfect
  1. have exceeded
  2. have exceeded
  3. has exceeded
  4. have exceeded
  5. have exceeded
  6. have exceeded
past continuous
  1. was exceeding
  2. were exceeding
  3. was exceeding
  4. were exceeding
  5. were exceeding
  6. were exceeding
future
  1. shall exceed
  2. will exceed
  3. will exceed
  4. shall exceed
  5. will exceed
  6. will exceed
continuous present
  1. am exceeding
  2. are exceeding
  3. is exceeding
  4. are exceeding
  5. are exceeding
  6. are exceeding
subjunctive
  1. be exceeded
  2. be exceeded
  3. be exceeded
  4. be exceeded
  5. be exceeded
  6. be exceeded
diverse
  1. exceed!
  2. let's exceed!
  5. exceeded
  6. exceeding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

exceed [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the exceed (excelling)
    gå över

Vertaal Matrix voor exceed:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gå över exceed; excelling crossing over; running over; walking across
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gå över cross; cross over; go across; go over; move over; traverse; walk across
överskjuta exceed; excel; outbid; surpass; transcend
överskrida exceed; excel; outbid; surpass; transcend
överstiga exceed; excel; outbid; surpass; transcend
överträffa exceed outstrip; surpass
- go past; outdo; outgo; outmatch; outperform; outstrip; overstep; pass; surmount; surpass; top; transcend

Verwante woorden van "exceed":


Synoniemen voor "exceed":


Verwante definities voor "exceed":

  1. be or do something to a greater degree1
    • This exceeds all my expectations1
  2. be superior or better than some standard1
    • She exceeded our expectations1
  3. be greater in scope or size than some standard1
    • Their loyalty exceeds their national bonds1

Wiktionary: exceed

Cross Translation:
FromToVia
• exceed → överstiga; överträffa ↔ dominer — commander souverainement, avoir une puissance absolue.
• exceed → besegra; överstiga; överträffa ↔ surmonter — monter au-dessus.

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0898 seconde
Page rendered in 1.0 seconds