Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal constants

Vertaal constants van Engels naar Zweeds

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. constants:
  2. constant:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor constants (Engels) in het Zweeds

constants:

constants [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the constants
    förteckningar

Vertaal Matrix voor constants:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
förteckningar constants

Verwante woorden van "constants":


constant:

constant bijvoeglijk naamwoord

  1. constant (continuous; all the time; continual; )
    ständigt; bestående; kontinuerlig; permanent
  2. constant (continuous; persistent; uninterrupted; )
    kontinuerlig; kontinuerligt; oavbrutet; oavbruten
  3. constant
    konstant
  4. constant (steady; stable; continual)
    stabil; konstant; stabilt; stadigt; ouppörligt
  5. constant (lasting; everlasting)
    beständig; ständigt; kontinuerlig; kontinuerligt; permanent; beständigt
  6. constant (everlasting; perpetual; continuous; )
    ständig; evinnerligt; ständigt; evinnerlig; evigt
  7. constant (continuous; lasting; continual)
    kontinuerlig; ständigt; fortlöpande

constant

  1. constant
    stundlig

constant [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the constant
    – A numeric or string value that is not calculated and, therefore, does not change. 1
    konstant

Vertaal Matrix voor constant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
permanent perm; permanent
- constant quantity; invariable
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ständigt harp; keep repeating
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- ceaseless; changeless; incessant; invariant; never-ending; perpetual; unceasing; unremitting; unvarying
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
konstant constant
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
oavbrutet uninterruptedly perpetually
stundlig constant
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beständig constant; everlasting; lasting
beständigt constant; everlasting; lasting evermore
bestående all along; all the time; connected; constant; continual; continuous; everlasting; laced; lasting; permanent; persistent; repeated; restless; unbroken; unceasing; undisturbed; uninterrupted; unremitting; untiring enduring; hold out; persistent
evigt constant; continual; continuous; everlasting; lasting; permanent; perpetual; persistent; unceasing; unending; unremitting definitely; endless; eternal; everlasting; final; forever; imperishable; incessant; infinite; interminable; lengthy; never-ending; once and for all; permanently; perpetual; undying; unending; very long
evinnerlig constant; continual; continuous; everlasting; lasting; permanent; perpetual; persistent; unceasing; unending; unremitting
evinnerligt constant; continual; continuous; everlasting; lasting; permanent; perpetual; persistent; unceasing; unending; unremitting
fortlöpande constant; continual; continuous; lasting consecutive
konstant constant; continual; stable; steady
kontinuerlig all along; all the time; connected; constant; continual; continuous; everlasting; laced; lasting; non stop; permanent; persistent; repeated; restless; unbroken; unceasing; undisturbed; uninterrupted; unremitting; untiring continuous; non stop; running; trough
kontinuerligt constant; continuous; everlasting; lasting; non stop; persistent; repeated; uninterrupted; unremitting continuous; non stop; running; trough
oavbruten constant; continuous; non stop; persistent; repeated; uninterrupted; unremitting without interruption
oavbrutet constant; continuous; non stop; persistent; repeated; uninterrupted; unremitting continued; continuous; persisted; unceasing; uninterrupted; without interruption
ouppörligt constant; continual; stable; steady
permanent all along; all the time; connected; constant; continual; continuous; everlasting; laced; lasting; permanent; persistent; repeated; restless; unbroken; unceasing; undisturbed; uninterrupted; unremitting; untiring definite; established; final
stabil constant; continual; stable; steady
stabilt constant; continual; stable; steady stable; steady
stadigt constant; continual; stable; steady big-boned; heavily-built; hefty; obese; stable; steady; stocky; stout
ständig constant; continual; continuous; everlasting; lasting; permanent; perpetual; persistent; unceasing; unending; unremitting continued; persisted
ständigt all along; all the time; connected; constant; continual; continuous; everlasting; laced; lasting; permanent; perpetual; persistent; repeated; restless; unbroken; unceasing; undisturbed; unending; uninterrupted; unremitting; untiring always; continually; continued; invariable; persisted

Verwante woorden van "constant":


Synoniemen voor "constant":


Antoniemen van "constant":


Verwante definities voor "constant":

  1. steadfast in purpose or devotion or affection2
    • a man constant in adherence to his ideals2
    • a constant lover2
    • constant as the northern star2
  2. uninterrupted in time and indefinitely long continuing2
    • in constant pain2
  3. unvarying in nature2
    • maintained a constant temperature2
  4. a quantity that does not vary2
  5. a number representing a quantity assumed to have a fixed value in a specified mathematical context2
    • the velocity of light is a constant2
  6. A numeric or string value that is not calculated and, therefore, does not change.1

Wiktionary: constant

constant
noun
  1. identifier that is bound to an invariant value
  2. algebra: quantity that remains fixed
  3. science: property that does not change
  4. that which is permanent or invariable
adjective
  1. steady
  2. consistently recurring over time
  3. unchanged through time
Cross Translation:
FromToVia
• constant → konstant ↔ Konstante — allgemein: etwas, das sich innerhalb eines bestimmten Zeitraumes oder Zusammenhangs nicht verändert, sondern gleich oder bestehen bleibt
• constant → varaktig; beständig; stabil; stadig ↔ beständig — anhaltend, gleichbleibend
• constant → konstant ↔ konstant — einen Zustand, eine Eigenschaft über die Zeit beibehaltend
• constant → ständig; ihållande; evärdlig ↔ perpétuel — Qui ne cesser pas ; qui durer toujours.
• constant → ackurat; prompt; regelmässig ↔ régulier — Qui a de la régularité, qui est conforme à des règles, soit naturelles, soit de convention ; qui est constant, uniforme.

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0440 seconde
Page rendered in 1.0 seconds