Overzicht
Engels naar Zweeds: Meer gegevens...
- concise:
-
Wiktionary:
- concise → kortfattad, koncis
- concise → koncis
Engels
Uitgebreide vertaling voor concise (Engels) in het Zweeds
concise:
-
concise (minimal; succinct)
summarisk; minimalt; summariskt-
summarisk bijvoeglijk naamwoord
-
minimalt bijvoeglijk naamwoord
-
summariskt bijvoeglijk naamwoord
-
-
concise (brief; briefly worded; summarized; terse; condensed; succinct)
koncist; kortfattad; kortfattat-
koncist bijvoeglijk naamwoord
-
kortfattad bijvoeglijk naamwoord
-
kortfattat bijvoeglijk naamwoord
-
-
concise (terse; pithy; succinct)
-
concise (succinct; terse)
koncis; kortfattat; koncist-
koncis bijvoeglijk naamwoord
-
kortfattat bijvoeglijk naamwoord
-
koncist bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor concise:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
koncis | concise; succinct; terse | |
koncist | brief; briefly worded; concise; condensed; succinct; summarized; terse | |
kortfattad | brief; briefly worded; concise; condensed; pithy; succinct; summarized; terse | for the sake of brevity; in short |
kortfattat | brief; briefly worded; concise; condensed; pithy; succinct; summarized; terse | brief; briefly; briefly worded; for the sake of brevity; in short; summarily; summarized |
minimalt | concise; minimal; succinct | facetiously; infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small |
summarisk | concise; minimal; succinct | cursory; perfunctory; superficial |
summariskt | concise; minimal; succinct | cursory; perfunctory; superficial |