Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. canal:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor canal (Engels) in het Zweeds

canal:

canal [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the canal (channel)
    kanal
    • kanal [-en] zelfstandig naamwoord
  2. the canal (town canal; city moat; town-moat)
    stadskanal

Vertaal Matrix voor canal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kanal canal; channel channel; communication channel; communications channel; ditch; fairway; groove; lane
stadskanal canal; city moat; town canal; town-moat
- channel; duct; epithelial duct
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- canalise; canalize

Verwante woorden van "canal":


Synoniemen voor "canal":


Verwante definities voor "canal":

  1. long and narrow strip of water made for boats or for irrigation1
  2. a bodily passage or tube lined with epithelial cells and conveying a secretion or other substance1
    • the alimentary canal1
  3. (astronomy) an indistinct surface feature of Mars once thought to be a system of channels; they are now believed to be an optical illusion1
  4. provide (a city) with a canal1

Wiktionary: canal

canal
noun
  1. artificial waterway

Cross Translation:
FromToVia
canal kanal vaart — een kanaal, een bevaarbaar gemaakte watergang
canal kanal kanaal — waterstaat|nld gegraven waterweg, (scheepvaartkanaal)
canal kanal Grachtniederdeutsch, ostniederdeutsch: Wassergraben, Kanal
canal kanal Gracht — innerstädtische Kanalstraße niederländischer oder vereinzelt deutscher Städte
canal kanal Kanal — künstlich errichteter Wasserlauf oder Verkehrsweg
canal kanal Kanal — allgemeiner Übertragungsweg für Information in der Informationstheorie

Verwante vertalingen van canal