Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. beef:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor beef (Engels) in het Zweeds

beef:

beef [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the beef
    oxkött
    • oxkött [-ett] zelfstandig naamwoord

beef

  1. beef

Vertaal Matrix voor beef:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oxkött beef
- beef cattle; bitch; boeuf; gripe; kick; squawk
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- bellyache; bitch; crab; gripe; grouse; holler; squawk
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
nötkött beef

Verwante woorden van "beef":

  • beefs, beeves

Synoniemen voor "beef":


Verwante definities voor "beef":

  1. cattle that are reared for their meat1
  2. informal terms for objecting1
  3. meat from an adult domestic bovine1
  4. complain1

Wiktionary: beef

beef
noun
  1. meat

Cross Translation:
FromToVia
beef nötkreatur; ko; nöt Rind — Wiederkäuer mit paarigen Zehen, ältestes Nutztier des Menschen, Lieferant von Milch, Fleisch, Zugkraft, Talg, Leder, Haaren und Dünger
beef nötkött Rindfleisch — Fleisch vom Rind
beef gnälla; klaga; gnata nörgelnpenetrant/störend, aber nicht aggressiv seinen Unmut äußern
beef nötkött bœuf — Viande.

Verwante vertalingen van beef