Overzicht
Engels naar Zweeds: Meer gegevens...
- affliction:
-
Wiktionary:
- affliction → sorg, bedrövelse
Engels
Uitgebreide vertaling voor affliction (Engels) in het Zweeds
affliction:
-
the affliction (temptation; vexation; allurement; enticement; fascination; lure; charm; conquest; ordeal; trial; inroad)
Vertaal Matrix voor affliction:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frestelse | affliction; allurement; charm; conquest; enticement; fascination; inroad; lure; ordeal; temptation; trial; vexation | attraction; charm; lure; seductiveness; temptation |
förövring | affliction; allurement; charm; conquest; enticement; fascination; inroad; lure; ordeal; temptation; trial; vexation |
Verwante woorden van "affliction":
Synoniemen voor "affliction":
Verwante definities voor "affliction":
Wiktionary: affliction
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• affliction | → sorg; bedrövelse | ↔ affliction — État d’abattement produit par un évènement malheureux. |