Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. adjacent:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor adjacent (Engels) in het Zweeds

adjacent:

adjacent bijvoeglijk naamwoord

  1. adjacent (neighbouring; adjoining; neighboring)
    angränsande; tillstötande
  2. adjacent (neighbouring; adjoining; neighboring)
    intilliggande
  3. adjacent (adjoining; neighbouring; neighboring)
    angränsande; angränsat
  4. adjacent (surrounding; neighbouring; neighboring)
    kringliggande

Vertaal Matrix voor adjacent:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- conterminous; contiguous; neighboring; neighbouring; next; side by side
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
angränsande adjacent; adjoining; neighboring; neighbouring
angränsat adjacent; adjoining; neighboring; neighbouring
intilliggande adjacent; adjoining; neighboring; neighbouring
kringliggande adjacent; neighboring; neighbouring; surrounding
tillstötande adjacent; adjoining; neighboring; neighbouring

Verwante woorden van "adjacent":

  • adjacently

Synoniemen voor "adjacent":


Verwante definities voor "adjacent":

  1. near or close to but not necessarily touching1
    • lands adjacent to the mountains1
    • New York and adjacent cities1
  2. nearest in space or position; immediately adjoining without intervening space1
    • had adjacent rooms1
  3. having a common boundary or edge; abutting; touching1

Wiktionary: adjacent

adjacent
adjective
  1. lying next to, close, or contiguous; neighboring

Cross Translation:
FromToVia
adjacent närliggande adjazentMathematik, von Knoten oder Kanten in einem Graphen: benachbart
adjacent närbelägen adjacent — Qui est situé auprès.

Verwante vertalingen van adjacent