Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. flax:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. flax:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor flax (Engels) in het Zweeds

flax:

flax [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the flax
    lin
    • lin [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. the flax

Vertaal Matrix voor flax:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lin flax
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
spånadslin flax

Verwante woorden van "flax":


Synoniemen voor "flax":


Verwante definities voor "flax":

  1. plant of the genus Linum that is cultivated for its seeds and for the fibers of its stem1
  2. fiber of the flax plant that is made into thread and woven into linen fabric1

Wiktionary: flax

flax
noun
  1. plant
  2. the fibers

Cross Translation:
FromToVia
flax lin FlachsBotanik: der gemeine Lein, eine Faserpflanze
flax lin LeinBotanik: Vertreter der Pflanzengattung Linum
flax lin LeinBotanik: speziell der als Faser- und Ölpflanze kultivierte Flachs (Linum usitatissimum)
flax lin lin — Plante (1)

Verwante vertalingen van flax



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor flax (Zweeds) in het Engels

flax:

flax [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. flax (lyckträff; tur)
    the fluke; the stroke of luck; the chance hit; the bit of good luck

Vertaal Matrix voor flax:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bit of good luck flax; lyckträff; tur lycka; lyckträff; tillfällighetsträff; tur
chance hit flax; lyckträff; tur lyckoträff; turslag
fluke flax; lyckträff; tur
stroke of luck flax; lyckträff; tur lycka; lyckträff; tillfällighetsträff; träffare; tur; unik chans; unik möjlighet
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
fluke ankarfly

Synoniemen voor "flax":


Wiktionary: flax


Cross Translation:
FromToVia
flax mazel Masselsalopp: günstiger Zufall; unverdientes, unvorhergesehenes, überraschendes Glück