Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. stump:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. stump:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor stump (Engels) in het Zweeds

stump:

stump [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the stump (stub)
    stump; stubbe
    • stump [-en] zelfstandig naamwoord
    • stubbe zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stump:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stubbe stub; stump tree stump
stump stub; stump butt; stub
- ambo; dais; podium; pulpit; rostrum; soapbox; tree stump
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- mix up; stamp; stomp

Verwante woorden van "stump":


Synoniemen voor "stump":


Verwante definities voor "stump":

  1. a platform raised above the surrounding level to give prominence to the person on it1
  2. (cricket) any of three upright wooden posts that form the wicket1
  3. the part of a limb or tooth that remains after the rest is removed1
  4. the base part of a tree that remains standing after the tree has been felled1
  5. remove tree stumps from1
    • stump a field1
  6. cause to be perplexed or confounded1
    • This problem stumped her1
  7. travel through a district and make political speeches1
    • the candidate stumped the Northeast1
  8. walk heavily1

Wiktionary: stump

stump
noun
  1. remains of something that has been cut off

Cross Translation:
FromToVia
stump trädstubbe; stubbe Baumstumpfunterer Teil eines gefällten oder abgebrochenen Baumes
stump stump Stummel — ein kurzes Reststück, was übrig geblieben ist
stump stump moignon — Ce qui rester d’un bras, d’une jambe, d’une cuisse coupée.
stump stump tronçon — section d'un objet allongé

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van stump



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor stump (Zweeds) in het Engels

stump:

stump [-en] zelfstandig naamwoord

  1. stump (rest; ända; skottavla)
    the butt
    • butt [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. stump (stubbe)
    the stump; the stub
    • stump [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stub [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. stump (fimp)
    the stub; the butt
    • stub [the ~] zelfstandig naamwoord
    • butt [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor stump:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
butt fimp; rest; skottavla; stump; ända fat; föremål för åtlöje; gevärskolv; hink; kolv; sigarett
stub fimp; stubbe; stump trästump
stump stubbe; stump
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
butt stånga; stångas
stub nabb

Synoniemen voor "stump":


Wiktionary: stump

stump
noun
  1. remnant of a smoked cigarette or cigar
  2. remains of something that has been cut off

Cross Translation:
FromToVia
stump snag; stub; stump; butt; nub Stummel — ein kurzes Reststück, was übrig geblieben ist
stump stub; stump moignon — Ce qui rester d’un bras, d’une jambe, d’une cuisse coupée.
stump stub; stump; section tronçon — section d'un objet allongé

Computer vertaling door derden: