Overzicht
Engels naar Zweeds: Meer gegevens...
- robust:
-
Wiktionary:
- robust → robust
Zweeds naar Engels: Meer gegevens...
- robust:
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor robust (Engels) in het Zweeds
robust:
-
robust (strong; vigorous; powerful; strapping)
-
robust (burly; sturdy)
-
robust (vigorous; tough; drastic; strong; stout; powerful; forceful; energetically; energetic; potent)
-
robust (massive; burly; heavily built; sturdy)
kraftig; massivt; kraftigt byggd; kraftigt; kraftigt byggt-
kraftig bijvoeglijk naamwoord
-
massivt bijvoeglijk naamwoord
-
kraftigt byggd bijvoeglijk naamwoord
-
kraftigt bijvoeglijk naamwoord
-
kraftigt byggt bijvoeglijk naamwoord
-
-
robust (considerable; considerably; substantial; sizable; generously)
Vertaal Matrix voor robust:
Verwante woorden van "robust":
Synoniemen voor "robust":
Antoniemen van "robust":
Verwante definities voor "robust":
Verwante vertalingen van robust
Zweeds
Uitgebreide vertaling voor robust (Zweeds) in het Engels
robust:
-
robust (stadig; fast)
substantial; firm; solid; stable; stout-
substantial bijvoeglijk naamwoord
-
firm bijvoeglijk naamwoord
-
solid bijvoeglijk naamwoord
-
stable bijvoeglijk naamwoord
-
stout bijvoeglijk naamwoord
-
-
robust (kraftigt; stadigt; kraftigt byggd; kraftig)
hefty; stocky; heavily-built; big-boned-
hefty bijvoeglijk naamwoord
-
stocky bijvoeglijk naamwoord
-
heavily-built bijvoeglijk naamwoord
-
big-boned bijvoeglijk naamwoord
-
-
robust (stort; stark; starkt)
sturdy; hefty; stout; powerfully built-
sturdy bijvoeglijk naamwoord
-
hefty bijvoeglijk naamwoord
-
stout bijvoeglijk naamwoord
-
powerfully built bijvoeglijk naamwoord
-
-
robust (stor och kraftigt)