Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. hat:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hat:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor hat (Engels) in het Zweeds

hat:

hat [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the hat (covering for the head)
    huvudbonad
  2. the hat (cap; bonnet; headgear)
    mössa
    • mössa [-en] zelfstandig naamwoord
  3. the hat (cap; headgear; bonnet; tame; button)
    mössa; keps
    • mössa [-en] zelfstandig naamwoord
    • keps [-en] zelfstandig naamwoord
  4. the hat
    hatt
    • hatt [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hatt hat cap; lid; top
huvudbonad covering for the head; hat headgear
keps bonnet; button; cap; hat; headgear; tame cap; casque; hood; wimple
mössa bonnet; button; cap; hat; headgear; tame cap; tasselled hat
- chapeau; lid

Verwante woorden van "hat":


Synoniemen voor "hat":


Verwante definities voor "hat":

  1. an informal term for a person's role1
    • he took off his politician's hat and talked frankly1
  2. headdress that protects the head from bad weather; has shaped crown and usually a brim1
  3. put on or wear a hat1
    • He was unsuitably hatted1
  4. furnish with a hat1

Wiktionary: hat

hat
noun
  1. a head covering

Cross Translation:
FromToVia
hat mössa; hatt hoed — een hoofddeksel
hat hatt Hut — Kopfbedeckung
hat hatt chapeau — Ce qu’on met sur la tête

HAT:


Vertaal Matrix voor HAT:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Health and Activity Tracking tool

Verwante definities voor "HAT":

  1. A user interface that enables specified data to be tracked. This interface can be used to monitor the health of the BizTalk server farm and to track and view specific events and messages.2

Verwante vertalingen van hat



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor hat (Zweeds) in het Engels

hat:

hat [-ett] zelfstandig naamwoord

  1. hat (fiendskap)
    the enmity; the hatred; the hate; the intolerance
    • enmity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hatred [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hate [the ~] zelfstandig naamwoord
    • intolerance [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor hat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enmity fiendskap; hat animositet; fejd; fiendskap; fientlighet; osämja; ovänskap; religiöst fiendeskap; religiöst hat
hate fiendskap; hat
hatred fiendskap; hat
intolerance fiendskap; hat religiöst fiendeskap; religiöst hat
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hate avsky; förakta; hata
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
intolerance intolerans; ofördragsamhet

Synoniemen voor "hat":

  • agg; avsky; stark aggressiv avsky; mycket stark avsky

Wiktionary: hat

hat
noun
  1. strong aversion

Cross Translation:
FromToVia
hat hate; hatred Hass — sehr starke Abneigung gegen jemanden oder etwas, welche meist Aggression induziert.

Verwante vertalingen van hat