Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Zoek: forefathers

Engelse en Zweedse zoekresultaten voor: forefathers

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

forefathers:
- förfäder
forefather:
- förfader; stamfader; anfader
Wiktionary:
- forefathers → anor, förfäder, släkting
- forefather → förfader
- forefather → förfader

Engels

Uitgebreide vertaling voor forefathers (Engels) in het Zweeds

forefathers:

forefathers [the ~] zelfstandig naamwoord

the forefathers (ancestors; forbears)
förfäder
- förfäder zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor forefathers:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
förfäder	ancestors; forbears; forefathers

Verwante woorden van "forefathers":

forefather

Wiktionary: forefathers

Cross Translation:

From	To	Via
• forefathers	→ anor; förfäder	↔ aïeux — Pluriel de aïeul : tous ceux de qui l’on descendre.
• forefathers	→ släkting	↔ parent — Ceux de qui on descend

forefather:

forefather [the ~] zelfstandig naamwoord

the forefather (ancestor)
förfader
- förfader [-en] zelfstandig naamwoord
the forefather (ancestor)
förfader; stamfader
- förfader [-en] zelfstandig naamwoord
- stamfader [-en] zelfstandig naamwoord
the forefather (ancestor)
förfader; anfader
- förfader [-en] zelfstandig naamwoord
- anfader [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor forefather:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anfader	ancestor; forefather
förfader	ancestor; forefather	ancestor; patriarch; predecessor; progenitor
stamfader	ancestor; forefather	progenitor
-	father; sire

Verwante woorden van "forefather":

forefathers

Synoniemen voor "forefather":

father; sire; ancestor; ascendant; ascendent; antecedent; root
predecessor

Verwante definities voor "forefather":

the founder of a family¹
- keep the faith of our forefathers¹
person from an earlier time who contributed to the tradition shared by some group¹
- our forefathers brought forth a great nation¹

Wiktionary: forefather

forefather

noun

ancestor
- forefather → förfader

Cross Translation:

From	To	Via
• forefather	→ förfader	↔ voorvader — familie\|nld mannelijk persoon van wie een volk, een clan of een familie afstamt.
• forefather	→ förfader	↔ Ahn — gehoben, meist Plural: Vorfahr, (Plural) Vorfahren einer Gruppe oder eines Volkes

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University