Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Zoek: stiffen

Engelse en Zweedse zoekresultaten voor: stiffen

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. stiffen:
  2. stiff:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor stiffen (Engels) in het Zweeds

stiffen:

stiffen werkwoord

  1. stiffen
    stelna; stelna till; styvna
    • stelna werkwoord (stelnar, stelnade, stelnat)
    • stelna till werkwoord (stelnar till, stelnade till, stelnat till)
    • styvna werkwoord (styvnar, styvnade, styvnat)
  2. stiffen (starch)
    stärka; stärka tyg
    • stärka werkwoord (stärker, stärkte, stärkt)
    • stärka tyg werkwoord (stärker tyg, stärkte tyg, stärkt tyg)

Vertaal Matrix voor stiffen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stelna stiffen become hard; coagulate; set; solidify; stagnate; stay put; stick
stelna till stiffen
styvna stiffen
stärka starch; stiffen acumilate; amplify; consolidate; deepen; fortify; intensify; invigorate; reinforce; strenghten; strengthen
stärka tyg starch; stiffen
- constrain; tighten; tighten up

Verwante woorden van "stiffen":


Synoniemen voor "stiffen":


Antoniemen van "stiffen":


Verwante definities voor "stiffen":

  1. make stiff or stiffer1
  2. become stiff or stiffer1
    • He stiffened when he saw his boss enter the room1
  3. restrict1
    • stiffen the regulations1

Wiktionary: stiffen

stiffen
verb
  1. to become stiff

stiff:

stiff bijvoeglijk naamwoord

  1. stiff (rigid; wooden)
    styvt; stel; stram; rigit; stramt
    • styvt bijvoeglijk naamwoord
    • stel bijvoeglijk naamwoord
    • stram bijvoeglijk naamwoord
    • rigit bijvoeglijk naamwoord
    • stramt bijvoeglijk naamwoord
  2. stiff (fixed; rigid; stern; )
    stelnad
  3. stiff (difficult; tough; awkward; )
    svårt; svår
    • svårt bijvoeglijk naamwoord
    • svår bijvoeglijk naamwoord
  4. stiff (severe; punish)
    svårt; hårt; sträng; häftig; häftigt; strängt
  5. stiff (stiff conversation)
    stel conversation
  6. stiff (standing-on; firm; staunch)
    stå på
  7. stiff (clumsy; abstemious; unhandy; )
    ohanterligt; svårhanterlig; klumpigt; ohanterlig
  8. stiff (rigid; tough)
    rigid; stel; stelt; styvt
    • rigid bijvoeglijk naamwoord
    • stel bijvoeglijk naamwoord
    • stelt bijvoeglijk naamwoord
    • styvt bijvoeglijk naamwoord
  9. stiff (peevish; grumpy; sullen; )
    gnällig; irriterad; vresig; gnälligt; vresigt; retligt; knarrigt; kinkigt

Vertaal Matrix voor stiff:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sträng chain; chord; sequence; series; strand; string
- cadaver; clay; corpse; remains
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- buckram; firm; potent; rigid; starchy; steadfast; steady; strong; unbendable; unfaltering; unshakable; unwavering
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- stiffly
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
häftigt violently
hårt hard
svårt seriously
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gnällig bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly
gnälligt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly
häftig punish; severe; stiff ardent; cool; excessive; exorbitant; fantastic; fervent; fierce; heated; intense; outrageous; passionate; powerful; robust; strapping; strong; super; vigorous; violent
häftigt punish; severe; stiff ardent; cool; excessive; exorbitant; fantastic; fervent; fierce; heated; heavy; intense; massive; outrageous; passionate; powerful; robust; severe; strapping; strong; super; vehement; vigorous; violent
hårt punish; severe; stiff callous; cruel; dispassionate; emotionless; fierce; hard; hard-handed; hard-hearted; harsh; heartless; impassive; indifferent; inflexible; insensitive; intense; merciless; pitiless; relentless; rough; ruthless; severe; soulless; stern; strict; strong; uncaring; unfeeling; violent
irriterad bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly angry; annoyed; edgy; enraged; fierce; furious; inflamed; infuriated; irate; irritated; mad; raging; sore; upset; vexed
kinkigt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly catty; peevish; petulant; querulous; spidery; spiky; sulky; testy; weedy
klumpigt abstemious; clumsy; doltish; gawky; not very good; owlish; poor; stiff; uneasy; unhandy; wooden ailing; awkward; bungling; clotted; clumsy; doltish; fumbling; gawky; inept; lanky; loutish; maladroit; owlish; plump; poor; shaky; unhandy; wretched
knarrigt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly cantankerous; catty; crabbed; crusty; gruff; grumbling; grumbly; grumpish; grumpy; nagging; peevish; petulant; querulous; rigid; sullen; surly; testy
ohanterlig abstemious; clumsy; doltish; gawky; not very good; owlish; poor; stiff; uneasy; unhandy; wooden
ohanterligt abstemious; clumsy; doltish; gawky; not very good; owlish; poor; stiff; uneasy; unhandy; wooden unmanageable; unwieldy
retligt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly catty; daring; defiant; ostentatious; peevish; petulant; provocative; provoking; querulous; testy
rigid rigid; stiff; tough
rigit rigid; stiff; wooden
stel rigid; stiff; tough; wooden
stel conversation stiff; stiff conversation
stelnad fixed; fossilised; fossilized; petrified; rigid; set; star; stern; stiff clotted; curdled
stelt rigid; stiff; tough
stram rigid; stiff; wooden
stramt rigid; stiff; wooden
sträng punish; severe; stiff exacting; inflexible; rigorous; rough; severe; stern; strenuous; strict; stringent; unrelenting; unyielding
strängt punish; severe; stiff exacting; inflexible; rigorous; rough; severe; stern; strenuous; strict; stringent; unrelenting; unyielding
styvt rigid; stiff; tough; wooden fixed; set; taut
stå på firm; standing-on; staunch; stiff
svår awkward; burdensome; difficult; hard; heavy; massive; stiff; tough critical; difficult; hard; inflexible; problematic; severe; stern; strict; trying
svårhanterlig abstemious; clumsy; doltish; gawky; not very good; owlish; poor; stiff; uneasy; unhandy; wooden
svårt awkward; burdensome; difficult; hard; heavy; massive; punish; severe; stiff; tough complex; complicated; critical; difficult; hard; inflexible; intricate; involved; problematic; rough; severe; stern; strict; trying
vresig bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly bad tempered; cantankerous; churlish; complaining; crabbed; cross; crusty; gruff; grumpy; lamenting; moody; nagging; peevish; rigid; sullen; surly; wailing
vresigt bad-tempered; gruff; grumpy; moody; peevish; stiff; sulky; sullen; surly bad tempered; cantankerous; capricious; churlish; complaining; crabbed; cross; crusty; gruff; grumbling; grumbly; grumpish; grumpy; lamenting; moody; nagging; peevish; rigid; sullen; surly; wailing

Verwante woorden van "stiff":


Synoniemen voor "stiff":


Antoniemen van "stiff":


Verwante definities voor "stiff":

  1. incapable of or resistant to bending1
    • a palace guardsman stiff as a poker1
    • stiff hair1
    • a stiff neck1
  2. rigidly formal1
    • the letter was stiff and formal1
  3. not moving or operating freely1
    • a stiff hinge1
  4. having a strong physiological or chemical effect1
    • a stiff drink1
  5. marked by firm determination or resolution; not shakable1
  6. powerful1
    • a stiff current1
    • a stiff breeze1
  7. in a stiff manner1
  8. extremely1
    • bored stiff1
    • frightened stiff1
  9. the dead body of a human being1
    • the murderer confessed that he threw the stiff in the river1
  10. an ordinary man1
    • a lucky stiff1
    • a working stiff1

Wiktionary: stiff

stiff
verb
  1. to fail to pay money one owes
Cross Translation:
FromToVia
• stiff → styv ↔ steif — unbiegsam, fest, starr
• stiff → stel ↔ steif — mehr oder weniger medizinisch und nur auf den Körper bezogen: in einzelnen Gelenken oder dem ganzen Körper entweder vorübergehend oder auch dauerhaft wenig beweglich, ungelenk
• stiff → stel ↔ steif — in übertragener Bedeutung auf eine Geisteshaltung bezogen: unpersönlich, förmlich, ohne Ausstrahlung und Charisma
• stiff → styv ↔ steif — Seemannssprache: heftig, stark bewegt
• stiff → styv ↔ rigide — Qui ne fléchir pas.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0576 seconde
Page rendered in 1.0 seconds