Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Zoek: blackmailer

Engelse en Zweedse zoekresultaten voor: blackmailer

Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. blackmailer:
  2. blackmail:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor blackmailer (Engels) in het Zweeds

blackmailer:

blackmailer [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blackmailer (singer)
    penningutpressare

blackmailer

  1. blackmailer
    utpressare

Vertaal Matrix voor blackmailer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
penningutpressare blackmailer; singer
- extortioner; extortionist
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
utpressare blackmailer

Verwante woorden van "blackmailer":

  • blackmailers

Synoniemen voor "blackmailer":


Verwante definities voor "blackmailer":

  1. a criminal who extorts money from someone by threatening to expose embarrassing information about them1

Wiktionary: blackmailer

blackmailer
noun
  1. someone who blackmails
Cross Translation:
FromToVia
• blackmailer → utpressare ↔ Erpresser — Person, die andere unter Druck setzt und sie zu etwas zwingt
• blackmailer → sångare ↔ chanteur — Celui, celle qui chanter.

blackmail:

to blackmail werkwoord (blackmails, blackmailed, blackmailing)

  1. to blackmail (extort)
    utpressa
    • utpressa werkwoord (utpressar, utpressade, utpressat)

Conjugations for blackmail:

present
  1. blackmail
  2. blackmail
  3. blackmails
  4. blackmail
  5. blackmail
  6. blackmail
simple past
  1. blackmailed
  2. blackmailed
  3. blackmailed
  4. blackmailed
  5. blackmailed
  6. blackmailed
present perfect
  1. have blackmailed
  2. have blackmailed
  3. has blackmailed
  4. have blackmailed
  5. have blackmailed
  6. have blackmailed
past continuous
  1. was blackmailing
  2. were blackmailing
  3. was blackmailing
  4. were blackmailing
  5. were blackmailing
  6. were blackmailing
future
  1. shall blackmail
  2. will blackmail
  3. will blackmail
  4. shall blackmail
  5. will blackmail
  6. will blackmail
continuous present
  1. am blackmailing
  2. are blackmailing
  3. is blackmailing
  4. are blackmailing
  5. are blackmailing
  6. are blackmailing
subjunctive
  1. be blackmailed
  2. be blackmailed
  3. be blackmailed
  4. be blackmailed
  5. be blackmailed
  6. be blackmailed
diverse
  1. blackmail!
  2. let's blackmail!
  5. blackmailed
  6. blackmailing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

blackmail [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blackmail (cheat)
    chantage

blackmail

  1. blackmail (extortion)
    utpressning

Vertaal Matrix voor blackmail:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chantage blackmail; cheat
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
utpressa blackmail; extort
- blackjack; pressure
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
utpressning blackmail; extortion

Verwante woorden van "blackmail":

  • blackmailing, blackmails

Synoniemen voor "blackmail":


Verwante definities voor "blackmail":

  1. extortion of money by threats to divulge discrediting information1
  2. obtain through threats1
  3. exert pressure on someone through threats1

Wiktionary: blackmail

blackmail
verb
  1. to extort money
noun
  1. payment of money exacted by means of intimidation
Cross Translation:
FromToVia
• blackmail → utpressning ↔ Erpressung — illegales Erzwingen eines Verhaltens oder einer Leistung durch Androhung negativer Konsequenzen bei Nichterfüllung
• blackmail → utpressa ↔ erpressen — Recht: rechtswidrig mit Gewalt oder durch Drohung nötigen und dadurch dem Vermögen des Genötigten oder eines anderen Nachteil zufügen
• blackmail → utpressning; chantage ↔ chantage — mensen onder voor de buitenwereld onzichtbare bedreiging zaken tegen hun wil laten doen
• blackmail → utpressning; chantage ↔ afpersing — mensen onder voor de buitenwereld onzichtbare bedreiging zaken tegen hun wil laten doen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0457 seconde
Page rendered in 1.0 seconds