Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pig:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor pig (Engels) in het Zweeds

pig:

pig [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pig (male pig; hog; swine; hogg)
    galt
    • galt [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
galt hog; hogg; male pig; pig; swine
- Sus scrofa; bull; cop; copper; fuzz; grunter; hog; hogg; pig bed; slob; sloven; slovenly person; squealer
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- devour; farrow; guttle; pig it; raven
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
gris pig
svin pig swine
tamsvin pig
äckelpotta pig

Verwante woorden van "pig":


Synoniemen voor "pig":


Verwante definities voor "pig":

  1. domestic swine1
  2. a crude block of metal (lead or iron) poured from a smelting furnace1
  3. mold consisting of a bed of sand in which pig iron is cast1
  4. uncomplimentary terms for a police officer1
  5. a person regarded as greedy and pig-like1
  6. a coarse obnoxious person1
  7. give birth1
  8. eat greedily1
  9. live like a pig, in squalor1

Wiktionary: pig

pig
noun
  1. mammal of genus Sus

Cross Translation:
FromToVia
pig skurk; bov; niding Halunke(abwertend)
pig galt; tacka MasselGießerei, Hüttenwesen: barren- beziehungsweise plattenförmiger Metallblock, der durch Gießen in eine dafür vorgesehene Form hergestellt wird
pig PIG MolchTechnik, Technikjargon: Schaber für Rohre
pig gris; svin Schwein — ein Säugetier mit kurzen Beinen, verlängerter rüsselartiger Schnauze, Borsten
pig gris; svin zwijn — een varken
pig gris; svin; fläsk porc — Animal

Verwante vertalingen van pig