Overzicht
Engels
Uitgebreide vertaling voor rage (Engels) in het Nederlands
rage:
-
to rage (storm; thunder)
-
to rage (rant & rage; rant; scream; yell; bawl; let someone have it)
-
to rage (bawl; shout; scream; yell; bark; roar; bellow; shriek; rant; boom; cry out; cry)
-
to rage (storm; rave; rant; scream; thunder; bawl; be furious; yell)
-
to rage (curse; swear; storm)
-
to rage (go off the deep end; rave; to be furious; storm; thunder)
-
to rage (talk smut; rant; yell; bawl; let someone have it; use obscene language)
Conjugations for rage:
present
- rage
- rage
- rages
- rage
- rage
- rage
simple past
- rages
- rages
- rages
- rages
- rages
- rages
present perfect
- have rages
- have rages
- has rages
- have rages
- have rages
- have rages
past continuous
- was raging
- were raging
- was raging
- were raging
- were raging
- were raging
future
- shall rage
- will rage
- will rage
- shall rage
- will rage
- will rage
continuous present
- am raging
- are raging
- is raging
- are raging
- are raging
- are raging
subjunctive
- be rages
- be rages
- be rages
- be rages
- be rages
- be rages
diverse
- rage!
- let's rage!
- rages
- raging
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor rage:
Verwante woorden van "rage":
Synoniemen voor "rage":
Verwante definities voor "rage":
Wiktionary: rage
rage
Cross Translation:
noun
verb
rage
verb
-
voortbewegen of overtrekken van een natuurverschijnsel dat gepaard gaat met veel geweld en schade veroorzaakt
-
met veel geweld gaande zijn van een natuurverschijnsel
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• rage | → rancune | ↔ Ingrimm — veraltet: starker Groll oder Zorn |
• rage | → woede | ↔ Zorn — starkes und heftiges Gefühl, das negativ gegen etwas oder jemanden gerichtet ist |
• rage | → woede | ↔ colère — réaction vif et parfois violente contre ce qui blesser un sentiment. |
• rage | → woede; razernij | ↔ fureur — égarement d’esprit qui tenir de la rage et de la frénésie. |
• rage | → manen; aanmanen; aansporen; berispen; een standje geven; uitkafferen; beknorren; terechtwijzen; verwijten; brullen; bulderen; daveren; loeien; dreigen; bedreigen | ↔ gronder — Faire entendre un bruit sourd, parler des animaux, du tonnerre ou du vent. |
Verwante vertalingen van rage
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor rage (Nederlands) in het Engels
rage:
-
de rage
Vertaal Matrix voor rage:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
craze | rage | drift; genoegen; genot; gloed; hartstocht; hartstochtelijkheid; lust; manie; overdreven voorliefde; overgave; passie; pathologische opgewondenheid; vurigheid; vuur; wellust |
fad | rage | |
mania | rage | manie; overdreven voorliefde; pathologische opgewondenheid |
rage | rage | dolheid; furie; giftigheid; kwaadheid; manie; pathologische opgewondenheid; razernij; toorn; verbolgenheid; woede |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
rage | blaffen; brullen; bulderen; daveren; donderen; fulmineren; ketteren; razen; schreeuwen; te keer gaan; tekeergaan; tieren; uit de slof schieten; uitvaren; vuilbekken; woeden |