Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. advantage:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. advantage:


Engels

Uitgebreide vertaling voor advantage (Engels) in het Nederlands

advantage:

advantage [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the advantage (profit; benefit; gain; )
    het profijt; de baat; de winst; het gewin
    • profijt [het ~] zelfstandig naamwoord
    • baat [de ~] zelfstandig naamwoord
    • winst [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • gewin [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. the advantage (favouring; privilege; favour; preference; favor)
    de bevoorrechting
  3. the advantage (preference)
    de pre
    • pre [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor advantage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baat advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield
bevoorrechting advantage; favor; favour; favouring; preference; privilege
gewin advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield
pre advantage; preference
profijt advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield
winst advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield profit
- reward; vantage
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- superior position

Verwante woorden van "advantage":


Synoniemen voor "advantage":


Antoniemen van "advantage":


Verwante definities voor "advantage":

  1. benefit resulting from some event or action1
    • it turned out to my advantage1
  2. the quality of having a superior or more favorable position1
    • the experience gave him the advantage over me1
  3. (tennis) first point scored after deuce1
  4. give an advantage to1
    • This system advantages the rich1

Wiktionary: advantage

advantage
noun
  1. the score where one player wins a point after deuce
  2. superiority of state, or that which gives it
  3. superiority; mastery
  4. any condition, circumstance, opportunity, or means, particularly favorable to success
verb
  1. to provide with an edge
advantage
noun
  1. profijt
  2. aangename eigenschap
  3. (tennis)

Cross Translation:
FromToVia
advantage voordeel; baat Vorteil — positiver Aspekt oder Effekt einer Sache
advantage voordeel Vorteil — im Mannschaftssport eine bestimmte Situation zugunsten einer beteiligten Mannschaft
advantage advantage VorteilTennis: Spielstand nach einem Punkt, der nach einem Einstand (40:40) erzielt wurde
advantage baat; belang; gewin; profijt; voordeel; winst; pré avantage — Utilité, profit, faveur, bénéfice.
advantage baat; gewin; verdienste; winst bénéfice — commerce|fr gain, profit.
advantage baat; belang; nut; voordeel; interest; rente; belangstelling; belangrijkheid; betekenis; zwaarwichtigheid; gewicht; goed intérêt — Ce qui importer, ce qui convient, en quelque manière que ce soit, à l’utilité, à l’avantage d’une personne ou d’une collectivité, d’un individu ou d’une personne morale, en ce qui concerner soit leur bien physique et matériel, soit leur bien

Verwante vertalingen van advantage