Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal withdraw

Vertaal withdraw van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. withdraw:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor withdraw (Engels) in het Nederlands

withdraw:

to withdraw werkwoord (withdraws, withdrew, withdrawing)

  1. to withdraw (resign; retrieve; resign from; )
    terugtrekken; aftreden; uittreden
    • terugtrekken werkwoord (trek terug, trekt terug, trok terug, trokken terug, teruggetrokken)
    • aftreden werkwoord (treed af, treedt af, trad af, traden af, afgetreden)
    • uittreden werkwoord (treed uit, treedt uit, trad uit, traden uit, uitgetreden)
  2. to withdraw (depart from; leave; abandon; secede from; retire)
    vertrekken; verlaten; heengaan
    • vertrekken werkwoord (vertrek, vertrekt, vertrok, vertrokken, vertrokken)
    • verlaten werkwoord (verlaat, verliet, verlieten, verlaten)
    • heengaan werkwoord (ga heen, gaat heen, ging heen, gingen heen, heengegaan)
  3. to withdraw (resign; retire; slow down; come to a halt)
    ontslag nemen; uittreden; zich terugtrekken
  4. to withdraw (pull back; draw back; step back; stand back)
    terugtreden; op de achtergrond treden
  5. to withdraw (shrink back; recoil; recoil from; shrink)
    terugdeinzen; achteruitgaan; terugschrikken; terugwijken; achteruitdeinzen
    • terugdeinzen werkwoord (deins terug, deinst terug, deinste terug, deinsten terug, teruggedeinst)
    • achteruitgaan werkwoord (ga achteruit, gaat achteruit, ging achteruit, gingen achteruit, achteruitgegaan)
    • terugschrikken werkwoord (schrik terug, schrikt terug, schrok terug, schrokken terug, teruggeschrokken)
    • terugwijken werkwoord (wijk terug, wijkt terug, week terug, weken terug, teruggeweken)
    • achteruitdeinzen werkwoord (deins achteruit, deinst achteruit, deinsde achteruit, deinsden achteruit, achteruitgedeinsd)
  6. to withdraw (retreat; retire; pull back; )
    – pull back or move away or backward 1
    terugtrekken
    • terugtrekken werkwoord (trek terug, trekt terug, trok terug, trokken terug, teruggetrokken)

Conjugations for withdraw:

present
  1. withdraw
  2. withdraw
  3. withdraws
  4. withdraw
  5. withdraw
  6. withdraw
simple past
  1. withdrew
  2. withdrew
  3. withdrew
  4. withdrew
  5. withdrew
  6. withdrew
present perfect
  1. have withdrawn
  2. have withdrawn
  3. has withdrawn
  4. have withdrawn
  5. have withdrawn
  6. have withdrawn
past continuous
  1. was withdrawing
  2. were withdrawing
  3. was withdrawing
  4. were withdrawing
  5. were withdrawing
  6. were withdrawing
future
  1. shall withdraw
  2. will withdraw
  3. will withdraw
  4. shall withdraw
  5. will withdraw
  6. will withdraw
continuous present
  1. am withdrawing
  2. are withdrawing
  3. is withdrawing
  4. are withdrawing
  5. are withdrawing
  6. are withdrawing
subjunctive
  1. be withdrawn
  2. be withdrawn
  3. be withdrawn
  4. be withdrawn
  5. be withdrawn
  6. be withdrawn
diverse
  1. withdraw!
  2. let's withdraw!
  5. withdrawn
  6. withdrawing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor withdraw:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achteruitgaan declining in force; decrease in power; decrease in strength; weakening
aftreden resigning; retiring
heengaan depart; leave
verlaten leaving
vertrekken chamber; chambers; depart; leave; leaving; room; rooms
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
achteruitdeinzen recoil; recoil from; shrink; shrink back; withdraw
achteruitgaan recoil; recoil from; shrink; shrink back; withdraw backslide; corrupt; decline; degenerate; deprave; go to seed; regress; run wild; waining
aftreden abdicate; fetch back; pull back; resign; resign from; retire; retrieve; secede from; withdraw
heengaan abandon; depart from; leave; retire; secede from; withdraw be killed; be killed in action; break up; depart; depart this earth; depart this life; die; expire; fall; go; go away; grease; leave; leave for; pass away; perish; rub in; sail; set out; smear; start; succumb; take off; travel
ontslag nemen come to a halt; resign; retire; slow down; withdraw
op de achtergrond treden draw back; pull back; stand back; step back; withdraw
terugdeinzen recoil; recoil from; shrink; shrink back; withdraw
terugschrikken recoil; recoil from; shrink; shrink back; withdraw
terugtreden draw back; pull back; stand back; step back; withdraw
terugtrekken abdicate; draw back; fetch back; move back; pull away; pull back; recede; resign; resign from; retire; retreat; retrieve; secede from; withdraw
terugwijken recoil; recoil from; shrink; shrink back; withdraw
uittreden abdicate; come to a halt; fetch back; pull back; resign; resign from; retire; retrieve; secede from; slow down; withdraw
verlaten abandon; depart from; leave; retire; secede from; withdraw abandon; depart; desert; grease; leave; leave for; rub in; sail; set out; smear; start; take off; travel
vertrekken abandon; depart from; leave; retire; secede from; withdraw break up; depart; go; go away; leave; take off
zich terugtrekken come to a halt; resign; retire; slow down; withdraw
- adjourn; back away; back out; bow out; call back; call in; crawfish; crawfish out; disengage; draw; draw off; pull back; pull in one's horns; recall; remove; retire; retreat; seclude; sequester; sequestrate; swallow; take; take away; take back; take out; unsay
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verlaten deserted; desolate; forlorn; isolated; lonely; lonesome; secluded; sequestered; solitary
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- choose; draw in; leave; retire

Verwante woorden van "withdraw":


Synoniemen voor "withdraw":


Antoniemen van "withdraw":


Verwante definities voor "withdraw":

  1. remove something concrete, as by lifting, pushing, or taking off, or remove something abstract1
    • This machine withdraws heat from the environment1
  2. keep away from others1
  3. take back what one has said1
  4. make a retreat from an earlier commitment or activity1
  5. release from something that holds fast, connects, or entangles1
  6. lose interest1
  7. pull back or move away or backward1
    • The enemy withdrew1
  8. remove (a commodity) from (a supply source)1
  9. cause to be returned1
  10. withdraw from active participation1
  11. retire gracefully1
  12. break from a meeting or gathering1

Wiktionary: withdraw

withdraw
verb
  1. pull back
  2. take back
  3. remove, stop providing
  4. extract (money from an account)
  5. retreat
withdraw
verb
  1. een bijdrage of deel ergens uit verwijderen
  2. zich verwijderen
Cross Translation:
FromToVia
• withdraw → doodgaan; overlijden; sterven; verscheiden; versmachten; aftrekken; vergaan ↔ décéder — admin|fr mourir, parler des personnes.
• withdraw → terugnemen; terugtrekken; intrekken; terughebben; terugkrijgen; hernemen; herroepen; terughalen; ontlokken; tappen; te voorschijn trekken; uithalen ↔ retirer — tirer à nouveau.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0602 seconde
Page rendered in 1.0 seconds