Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- wet:
-
Wiktionary:
- wet → nat, vochtig
- wet → natmaken, plassen
- wet → bevochtigen, nat maken, bevloeien, gieten, begieten, sproeien, besproeien, wateren, water geven
Engels
Uitgebreide vertaling voor wetter (Engels) in het Nederlands
wetter:
Vertaal Matrix voor wetter:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | bed wetter; bedwetter; surface-active agent; surfactant; wetting agent |
Synoniemen voor "wetter":
Verwante definities voor "wetter":
wetter vorm van wet:
-
wet (rainy; damp)
nat; regenachtig; met neerslag-
nat bijvoeglijk naamwoord
-
regenachtig bijvoeglijk naamwoord
-
met neerslag bijvoeglijk naamwoord
-
-
wet (moist; wettish; damp; liquid)
Conjugations for wet:
present
- wet
- wet
- wets
- wet
- wet
- wet
simple past
- wetted
- wetted
- wetted
- wetted
- wetted
- wetted
present perfect
- have wetted
- have wetted
- has wetted
- have wetted
- have wetted
- have wetted
past continuous
- was wetting
- were wetting
- was wetting
- were wetting
- were wetting
- were wetting
future
- shall wet
- will wet
- will wet
- shall wet
- will wet
- will wet
continuous present
- am wetting
- are wetting
- is wetting
- are wetting
- are wetting
- are wetting
subjunctive
- be wetted
- be wetted
- be wetted
- be wetted
- be wetted
- be wetted
diverse
- wet!
- let's wet!
- wetted
- wetting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
the wet (schlemiel; dolt; drip)
-
the wet (wet blanket; moper)
Vertaal Matrix voor wet:
Verwante woorden van "wet":
Synoniemen voor "wet":
Antoniemen van "wet":
Verwante definities voor "wet":
Wiktionary: wet
wet
Cross Translation:
adjective
verb
wet
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wet | → bevochtigen; nat maken; bevloeien; gieten; begieten; sproeien; besproeien; wateren; water geven | ↔ mouiller — Traductions à trier suivant le sens. |