Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- wayward:
-
Wiktionary:
- wayward → eigenzinnig
- wayward → oproerig, opstandig, rebels, weerspannig, ongehoorzaam, ongezeglijk
Engels
Uitgebreide vertaling voor wayward (Engels) in het Nederlands
wayward:
-
wayward (fickle; unpredictable; capricious; whimsical; changeable; incalculable; unsteady; unstable; baroque; freakish; freak)
onvoorspelbaar; wispelturig; nukkig; grillig; onberekenbaar-
onvoorspelbaar bijvoeglijk naamwoord
-
wispelturig bijvoeglijk naamwoord
-
nukkig bijvoeglijk naamwoord
-
grillig bijvoeglijk naamwoord
-
onberekenbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
wayward (obstinate; dogged; mulish; headstrong; wilful; willful)
Vertaal Matrix voor wayward:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grillig | baroque; capricious; changeable; fickle; freak; freakish; incalculable; unpredictable; unstable; unsteady; wayward; whimsical | |
nukkig | baroque; capricious; changeable; fickle; freak; freakish; incalculable; unpredictable; unstable; unsteady; wayward; whimsical | capricious; grumbling; grumpy; peevish |
obstinaat | dogged; headstrong; mulish; obstinate; wayward; wilful; willful | |
onberekenbaar | baroque; capricious; changeable; fickle; freak; freakish; incalculable; unpredictable; unstable; unsteady; wayward; whimsical | |
onvoorspelbaar | baroque; capricious; changeable; fickle; freak; freakish; incalculable; unpredictable; unstable; unsteady; wayward; whimsical | |
wispelturig | baroque; capricious; changeable; fickle; freak; freakish; incalculable; unpredictable; unstable; unsteady; wayward; whimsical | |
- | contrary; obstinate; perverse |
Verwante woorden van "wayward":
Synoniemen voor "wayward":
Verwante definities voor "wayward":
Wiktionary: wayward
wayward
Cross Translation:
adjective
wayward
-
given to wilful, perverse deviation from the expected norm; tending to stray
- wayward → eigenzinnig
adjective
-
eng: idiosyncratic, wayward, recalcitrant
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• wayward | → oproerig; opstandig; rebels; weerspannig; ongehoorzaam; ongezeglijk | ↔ rebelle — Qui refuser obéissance à une autorité légitime. |