Engels

Uitgebreide vertaling voor uncovered (Engels) in het Nederlands

uncovered:

uncovered bijvoeglijk naamwoord

  1. uncovered (found)
    gevonden; onbedekt
  2. uncovered (bare; nude)
    ontbloot
  3. uncovered
    onbedekt
  4. uncovered
    zonder bekleding
  5. uncovered (open; outdoor)
    onoverdekt; onbedekt
  6. uncovered (bare; open)
    onverhuld

Vertaal Matrix voor uncovered:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onbedekt found; open; outdoor; uncovered
onoverdekt open; outdoor; uncovered
ontbloot bare; nude; uncovered
onverhuld bare; open; uncovered
- exposed
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- bare
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gevonden found; uncovered eureka
zonder bekleding uncovered

Synoniemen voor "uncovered":

  • exposed; unclothed

Verwante definities voor "uncovered":

  1. not covered with clothing1

uncover:

to uncover werkwoord (uncovers, uncovered, uncovering)

  1. to uncover (make public; release; publish)
    vrijgeven; openstellen; toegankelijk maken; openen
    • vrijgeven werkwoord (geef vrij, geeft vrij, gaf vrij, gaven vrij, vrijgegeven)
    • openstellen werkwoord (stel open, stelt open, stelde open, stelden open, opengesteld)
    • toegankelijk maken werkwoord
    • openen werkwoord (open, opent, opende, openden, geopend)
  2. to uncover (lay bare; expose)
    blootleggen
    • blootleggen werkwoord (leg bloot, legt bloot, legde bloot, legden bloot, blootgelegd)
  3. to uncover (bare)
    openbreken; openleggen
    • openbreken werkwoord (breek open, breekt open, brak open, braken open, opengebroken)
    • openleggen werkwoord (leg open, legt open, legde open, legden open, opengelegd)
  4. to uncover (bare; strip)
    bloot leggen; ontbloten
    • bloot leggen werkwoord (leg bloot, legt bloot, legde bloot, legden bloot, bloot gelegd)
    • ontbloten werkwoord (ontbloot, ontblootte, ontblootten, ontbloot)

Conjugations for uncover:

present
  1. uncover
  2. uncover
  3. uncovers
  4. uncover
  5. uncover
  6. uncover
simple past
  1. uncovered
  2. uncovered
  3. uncovered
  4. uncovered
  5. uncovered
  6. uncovered
present perfect
  1. have uncovered
  2. have uncovered
  3. has uncovered
  4. have uncovered
  5. have uncovered
  6. have uncovered
past continuous
  1. was uncovering
  2. were uncovering
  3. was uncovering
  4. were uncovering
  5. were uncovering
  6. were uncovering
future
  1. shall uncover
  2. will uncover
  3. will uncover
  4. shall uncover
  5. will uncover
  6. will uncover
continuous present
  1. am uncovering
  2. are uncovering
  3. is uncovering
  4. are uncovering
  5. are uncovering
  6. are uncovering
subjunctive
  1. be uncovered
  2. be uncovered
  3. be uncovered
  4. be uncovered
  5. be uncovered
  6. be uncovered
diverse
  1. uncover!
  2. let's uncover!
  3. uncovered
  4. uncovering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor uncover:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bloot leggen bare; strip; uncover admit; disclose; reveal
blootleggen expose; lay bare; uncover expose; unmask
ontbloten bare; strip; uncover
openbreken bare; uncover break open; crack; decode; force open; tear open
openen make public; publish; release; uncover add; add on to; bring up; broach; broach a subject; build out; cut into; expand; extend; introduce; open; open up; put forward; put on the table; start; swell; turn on; unlock; unscrew; widen
openleggen bare; uncover
openstellen make public; publish; release; uncover
toegankelijk maken make public; publish; release; uncover
vrijgeven make public; publish; release; uncover let free; let go; release
- bring out; expose; reveal; unveil
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- reveal; unvei

Verwante woorden van "uncover":


Synoniemen voor "uncover":


Antoniemen van "uncover":


Verwante definities voor "uncover":

  1. remove all or part of one's clothes to show one's body1
    • uncover your belly1
  2. make visible1

Wiktionary: uncover


Cross Translation:
FromToVia
uncover ontdekken découvrirdégarnir de ce qui couvrir.
uncover gappen; ontvreemden; stelen; afpellen; jassen; schillen; beroven; ontnemen; ontdoen; ontvellen; stropen; villen; ontbloten; ontdekken dépouiller — Traductions à trier suivant le sens