Engels

Uitgebreide vertaling voor torturing (Engels) in het Nederlands

torturing:


Vertaal Matrix voor torturing:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- torture
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- agonising; agonizing; excruciating; harrowing; torturesome; torturous
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- agonising; agonizing; racking; tormenting

Verwante woorden van "torturing":


Synoniemen voor "torturing":


Verwante definities voor "torturing":

  1. extremely painful1
  2. the deliberate, systematic, or wanton infliction of physical or mental suffering by one or more persons in an attempt to force another person to yield information or to make a confession or for any other reason1
    • it required unnatural torturing to extract a confession1

torturing vorm van torture:

to torture werkwoord (tortures, tortured, torturing)

  1. to torture (assault; molest; beat up; batter)
    mishandelen; molesteren; pijnigen
    • mishandelen werkwoord (mishandel, mishandelt, mishandelde, mishandelden, mishandeld)
    • molesteren werkwoord (molesteer, molesteert, molesteerde, molesteerden, gemolesteerd)
    • pijnigen werkwoord (pijnig, pijnigt, pijnigde, pijnigden, gepijnigd)
  2. to torture (torment; hurt; aggrieve; offend)
    martelen; kwellen; folteren; pijnigen
    • martelen werkwoord (martel, martelt, martelde, martelden, gemarteld)
    • kwellen werkwoord (kwel, kwelt, kwelde, kwelden, gekweld)
    • folteren werkwoord (folter, foltert, folterde, folterden, gefolterd)
    • pijnigen werkwoord (pijnig, pijnigt, pijnigde, pijnigden, gepijnigd)

Conjugations for torture:

present
  1. torture
  2. torture
  3. tortures
  4. torture
  5. torture
  6. torture
simple past
  1. tortured
  2. tortured
  3. tortured
  4. tortured
  5. tortured
  6. tortured
present perfect
  1. have tortured
  2. have tortured
  3. has tortured
  4. have tortured
  5. have tortured
  6. have tortured
past continuous
  1. was torturing
  2. were torturing
  3. was torturing
  4. were torturing
  5. were torturing
  6. were torturing
future
  1. shall torture
  2. will torture
  3. will torture
  4. shall torture
  5. will torture
  6. will torture
continuous present
  1. am torturing
  2. are torturing
  3. is torturing
  4. are torturing
  5. are torturing
  6. are torturing
subjunctive
  1. be tortured
  2. be tortured
  3. be tortured
  4. be tortured
  5. be tortured
  6. be tortured
diverse
  1. torture!
  2. let's torture!
  3. tortured
  4. torturing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

torture [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the torture
    de marteling; de pijniging; de foltering
  2. the torture
    de foltering
  3. the torture (torment; agony; pain)
    het torment; de kwelling; de agonie; de grief; de verschrikking; de nood
    • torment [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kwelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • agonie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • grief [de ~] zelfstandig naamwoord
    • verschrikking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • nood [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor torture:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agonie agony; pain; torment; torture agony; mortal fear; pangs of death
foltering torture
grief agony; pain; torment; torture complaint; hurt; injury; offence; offense; ordeal; test; testing
kwelling agony; pain; torment; torture ordeal; test; testing
marteling torture
nood agony; pain; torment; torture adversity; crisis; destitution; disaster; emergency situation; helplessness; necessity; need; ordeal; state of emergency; test; testing
pijniging torture
torment agony; pain; torment; torture
verschrikking agony; pain; torment; torture abhorrence; abomination; horror; terror
- agony; anguish; distortion; overrefinement; straining; torment; torturing; twisting
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
folteren aggrieve; hurt; offend; torment; torture
kwellen aggrieve; hurt; offend; torment; torture antagonise; antagonize; bully; harass; pester; provoke; tease
martelen aggrieve; hurt; offend; torment; torture
mishandelen assault; batter; beat up; molest; torture
molesteren assault; batter; beat up; molest; torture molest
pijnigen aggrieve; assault; batter; beat up; hurt; molest; offend; torment; torture
- excruciate; rack; torment
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwelling harassment
- torment

Verwante woorden van "torture":

  • torturing, tortures

Synoniemen voor "torture":


Verwante definities voor "torture":

  1. the deliberate, systematic, or wanton infliction of physical or mental suffering by one or more persons in an attempt to force another person to yield information or to make a confession or for any other reason1
    • it required unnatural torturing to extract a confession1
  2. the act of distorting something so it seems to mean something it was not intended to mean1
  3. intense feelings of suffering; acute mental or physical pain1
  4. extreme mental distress1
  5. unbearable physical pain1
  6. subject to torture1
  7. torment emotionally or mentally1

Wiktionary: torture

torture
noun
  1. intentional causing of somebody's experiencing agony
verb
  1. to intentionally inflict unnecessary pain or suffering on helpless victims
torture
verb
  1. een gevangene onderwerpen aan lichamelijke en/of geestelijke pijniging, voornamelijk teneinde informatie los te krijgen
noun
  1. opzettelijk toegebrachte pijniging van een gevangene

Cross Translation:
FromToVia
torture martelen Folterselten im Plural: die Misshandlung oder das Zufügen von körperlichen und seelischen Schmerzen
torture kwaal QualSchmerz, Leid, etwas physisch oder psychisch belastendes
torture koeioneren; kwellen; martelen; mishandelen; treiteren tourmenter — Faire souffrir quelque tourment de corps.

Computer vertaling door derden: