Thickly in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

thick:
- dik
Wiktionary:
- thickly → dik
- thick → dik, dikke, gezet, gezette, dicht, dichte, dichtopeengepakt, dichtopeengepakte, zwaar, zware, traag van begrip, sloom, slome
- thick → dik
- thick → dicht, dik, gebonden, lijvig, duister, onduidelijk, troebel, vaag

Engels

Uitgebreide vertaling voor thickly (Engels) in het Nederlands

thickly:

Vertaal Matrix voor thickly:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	densely; thick

Synoniemen voor "thickly":

densely
thick

Antoniemen van "thickly":

thinly

Verwante definities voor "thickly":

in a concentrated manner¹
- a thickly populated area¹
in quick succession¹
spoken with poor articulation as if with a thick tongue¹
- after a few drinks he was beginning to speak thickly¹
with thickness; in a thick manner¹
- spread 1/4 lb softened margarine or cooking fat fairly thickly all over the surface¹
- we were visiting a small, thickly walled and lovely town with straggling outskirt¹
with a thick consistency¹

Wiktionary: thickly

thickly

adverb

op dikke wijze
- dik → thickly

thickly vorm van thick:

thick bijvoeglijk naamwoord

thick (bulky)

– not thin; of a specific thickness or of relatively great extent from one surface to the opposite usually in the smallest of the three solid dimensions ¹
dik
- dik bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor thick:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dik		dregs; lees; muck; sediment; sludge
-	midst
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dik	bulky; thick	bulky; obese; sizeable; stout
-	buddy-buddy; chummy; compact; deep; dense; heavyset; slurred; stocky; thickset
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	thickly
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	thickened

Verwante woorden van "thick":

thickness, thicker, thickest, thickly, thicken

Synoniemen voor "thick":

deep; deep-chested; fat; four-ply; heavy; quilted; thickened; three-ply; two-ply; wide; broad
compact; dense; concentrated
clogged; clotted; coagulable; coagulate; coagulated; curdled; grumous; grumose; creamy; dense; impenetrable; gelatinous; gelatinlike; jellylike; ropy; ropey; stringy; thready; soupy; syrupy; viscous
slurred; unintelligible
deep; intense
heavyset; stocky; thickset
chummy; buddy-buddy; close
blockheaded; boneheaded; fatheaded; loggerheaded; thickheaded; thick-skulled; wooden-headed; stupid
abundant
midst; inside; interior
thickly

Antoniemen van "thick":

thin; thinly

Verwante definities voor "thick":

abounding; having a lot of¹
- the top was thick with dust¹
(used informally) associated on close terms¹
- the two were thick as thieves for months¹
having component parts closely crowded together¹
- thick crowds¹
- a thick forest¹
- thick hair¹
spoken as if with a thick tongue¹
- the thick speech of a drunkard¹
(of darkness) very intense¹
- thick night¹
- thick darkness¹
hard to pass through because of dense growth¹
- thick woods¹
having a short and solid form or stature¹
not thin; of a specific thickness or of relatively great extent from one surface to the opposite usually in the smallest of the three solid dimensions¹
- an inch thick¹
- a thick board¹
- a thick sandwich¹
- spread a thick layer of butter¹
- thick coating of dust¹
- thick warm blankets¹
relatively dense in consistency¹
- thick cream¹
- thick soup¹
- thick smoke¹
- thick fog¹
in quick succession¹
- misfortunes come fast and thick¹
with a thick consistency¹
- the blood was flowing thick¹
the location of something surrounded by other things¹

Wiktionary: thick

thick

adjective

relatively great in extent from one surface to another
- thick → dik; dikke
heavy in build
- thick → dik; dikke; gezet; gezette
densely crowded or packed
- thick → dicht; dichte; dichtopeengepakt; dichtopeengepakte
having a viscous consistency
- thick → dik; dikke
impenetrable to sight
- thick → dicht; dichte
difficult to understand, poorly articulated
- thick → zwaar; zware
informal: stupid
- thick → traag van begrip; sloom; slome
friendly, intimate
- thick → dik; dikke

adverb

in a thick manner
- thick → dik
thickly
- thick → dik

thick

adjective

een naar verhouding grote dwarsdoorsnede hebbend
- dik → thick
de genoemde dwarsdoorsnede hebbend
- dik → thick
ruim
- dik → thick
hecht
- dik → thick
nauw aaneengesloten
- dik → thick
weinig vloeibaar
- dik → thick

Cross Translation:

From	To	Via
• thick	→ dicht; dik; gebonden	↔ dense — épais, compact, dont les parties nous paraissent plus épaisses ou plus serrées.
• thick	→ dik; lijvig	↔ gros — Qui a beaucoup de circonférence ou de volume.
• thick	→ duister; onduidelijk; troebel; vaag	↔ touffu — Qui est en touffe, qui est épais, bien garnir.

Verwante vertalingen van thickly

speak thickly

Remove Ads

Vertaal thickly van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor thickly (Engels) in het Nederlands

thickly:

Vertaal Matrix voor thickly:

Synoniemen voor "thickly":

Antoniemen van "thickly":

Verwante definities voor "thickly":

Wiktionary: thickly

thickly vorm van thick:

thick bijvoeglijk naamwoord

thick (bulky)

Vertaal Matrix voor thick:

Verwante woorden van "thick":

Synoniemen voor "thick":

Antoniemen van "thick":

Verwante definities voor "thick":

Wiktionary: thick

Verwante vertalingen van thickly