Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor then (Engels) in het Nederlands

then:

then bijvoeglijk naamwoord

  1. then (at that time; at the time)
    dan
  2. then (subsequently; further; next)
    vervolgens; hierop; hierna
  3. then (subsequently; further; next)
  4. then (at that time; in those days)
    toentertijd; indertijd; destijds; toen; toenmaals
  5. then (at that time; in those days)
    toendertijd
  6. then (afterwards; subsequently; later; next; after)
    daarna; naderhand; later; nadien
  7. then (of that time)
    toenmalig; van toen
  8. then (in that case)
    alsdan
    • alsdan bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor then:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
later after; afterwards; later; next; subsequently; then afterwards; in a little while; later; later on; next; soon
toenmalig of that time; then at an earlier date; before; earlier; ex; former; formerly; in former times; late; one-time; past; previous; retired
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
daarna after; afterwards; later; next; subsequently; then after that; shortly after
dan at that time; at the time; then than
destijds at that time; in those days; then
hierna further; next; subsequently; then after this
hierop further; next; subsequently; then after this
indertijd at that time; in those days; then
naderhand after; afterwards; later; next; subsequently; then afterwards; later; later on
nadien after; afterwards; later; next; subsequently; then since
toenmaals at that time; in those days; then
toentertijd at that time; in those days; then
vervolgens further; next; subsequently; then after which; whereupon
- and so; and then; so
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- the...of that time
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alsdan in that case; then
toen at that time; in those days; then as; when
toendertijd at that time; in those days; then
van toen of that time; then

Synoniemen voor "then":


Verwante definities voor "then":

  1. at a specific prior time1
    • the then president1
  2. subsequently or soon afterward (often used as sentence connectors)1
    • then he left1
    • go left first, then right1
    • first came lightning, then thunder1
  3. at that time1
    • I was young then1
    • prices were lower back then1
    • science as it was then taught1
  4. in that case or as a consequence1
    • if he didn't take it, then who did?1
    • keep it then if you want to1
    • the case, then, is closed1
    • you've made up your mind then?1
    • then you'll be rich1
  5. that time; that moment1

Wiktionary: then

then
adverb
  1. at that time
  2. soon afterward
  3. next in order
  4. in that case
  5. at the same time; on the other hand
adjective
  1. being so at that time
then
adverb
  1. toekomstig tijdstip
  2. op of na dat tijdstip

Cross Translation:
FromToVia
then destijds; toen damals — referenziert einen zurückliegenden Zeitpunkt oder eine zurückliegende Zeitspanne
then toen dann — zu einem späteren Zeitpunkt oder einer späteren Zeitspanne in der baldigen Zukunft
then dan alors — En ce temps-là

Verwante vertalingen van then