Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. the one:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor the one (Engels) in het Nederlands

the one:

the one

  1. the one (that)

the one bijvoeglijk naamwoord

  1. the one
    degene
    • degene bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor the one:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
degene he; the one that; the person who
diegene he; the one that; the person who
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
degene that; the one
die that; the one
diegene that; the one
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
degene the one
die that; these; this; those

Wiktionary: the one

the one
noun
  1. particularly special or compatible person or thing

Verwante vertalingen van the one