Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal tattle

Vertaal tattle van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. tattle:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor tattle (Engels) in het Nederlands

tattle:

to tattle werkwoord (tattles, tattled, tattling)

  1. to tattle (catch; snatch; sneak up on; )
    snappen; betrappen
    • snappen werkwoord (snap, snapt, snapte, snapten, gesnapt)
    • betrappen werkwoord (betrap, betrapt, betrapte, betrapten, betrapt)
  2. to tattle (blab; tell tales)
    verklikken; uit de school klappen; overbrieven

Conjugations for tattle:

present
  1. tattle
  2. tattle
  3. tattles
  4. tattle
  5. tattle
  6. tattle
simple past
  1. tattled
  2. tattled
  3. tattled
  4. tattled
  5. tattled
  6. tattled
present perfect
  1. have tattled
  2. have tattled
  3. has tattled
  4. have tattled
  5. have tattled
  6. have tattled
past continuous
  1. was tattling
  2. were tattling
  3. was tattling
  4. were tattling
  5. were tattling
  6. were tattling
future
  1. shall tattle
  2. will tattle
  3. will tattle
  4. shall tattle
  5. will tattle
  6. will tattle
continuous present
  1. am tattling
  2. are tattling
  3. is tattling
  4. are tattling
  5. are tattling
  6. are tattling
subjunctive
  1. be tattled
  2. be tattled
  3. be tattled
  4. be tattled
  5. be tattled
  6. be tattled
diverse
  1. tattle!
  2. let's tattle!
  5. tattled
  6. tattling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

tattle [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the tattle (rubbish; nonsense)
    de kletspraat; de quatsch; de klets
    • kletspraat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • quatsch [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • klets [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the tattle (nonsense; baloney; twaddle; )
    de humbug; de flauwekul; het gebeuzel; de nonsens; het gezwam; de apekool; de rimram; de klets; het geleuter; de kul; kolderverhaal; de waanzin; de larie; de kolder; de kletskoek; het gezwets
    • humbug [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • flauwekul [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gebeuzel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • nonsens [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gezwam [het ~] zelfstandig naamwoord
    • apekool [de ~] zelfstandig naamwoord
    • rimram [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • klets [de ~] zelfstandig naamwoord
    • geleuter [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kul [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kolderverhaal [znw.] zelfstandig naamwoord
    • waanzin [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • larie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • kolder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kletskoek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gezwets [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tattle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apekool baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
flauwekul baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
gebeuzel baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
geleuter baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle balderdash; baloney; bull; burble; drivel; empty talk; gibberish; hot air; jabber; jaw; piffle; prattle; rot; rubbish; twaddle; waffle
gezwam baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle balderdash; baloney; bull; burble; drivel; empty talk; gibberish; hot air; jabber; jaw; piffle; prattle; rot; rubbish; twaddle; waffle
gezwets baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle balderdash; baloney; bull; burble; drivel; empty talk; gibberish; hot air; jabber; jaw; piffle; prattle; rot; rubbish; twaddle; waffle
humbug baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle gibberish; nonsense; rubbish
klets baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; rubbish; tattle; twaddle babble; backbiting; blah; bunkum; clanging; claptrap; defamation; gossip; jaw; mudslinging; prattle; scandal; scandal-mongering; slander; slipslop; talk; talkee-talkee; talks; tittle-tattle; tolling; vilification; wishwash
kletskoek baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
kletspraat nonsense; rubbish; tattle
kolder baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle jerkin; staggers
kolderverhaal baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
kul baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle gibberish; nonsense; rubbish
larie baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle gibberish; nonsense; rubbish
nonsens baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle gibberish; nonsense; rubbish
quatsch nonsense; rubbish; tattle
rimram baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle
snappen understanding
waanzin baloney; folly; humbug; nonsense; piffle; tattle; twaddle backwardness; preposterousness; retardation; rubbish
- singing; telling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
betrappen catch; seize; snatch; sneak up on; take unaware; tattle; twig
overbrieven blab; tattle; tell tales
snappen catch; seize; snatch; sneak up on; take unaware; tattle; twig catch s.o. in the act; catcj s.o. red-handed; comprehend; get; grasp; understand
uit de school klappen blab; tattle; tell tales
verklikken blab; tattle; tell tales betray; blab; disclose; give away; inform against; peach; reveal; squeak; squeal

Verwante woorden van "tattle":

  • tattling, tattles

Synoniemen voor "tattle":


Antoniemen van "tattle":


Verwante definities voor "tattle":

  1. disclosing information or giving evidence about another1

Wiktionary: tattle

tattle
verb
  1. to report others' wrongdoings or violations
  2. to chatter

Verwante vertalingen van tattle







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0429 seconde
Page rendered in 1.0 seconds