Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. taking off:


Engels

Uitgebreide vertaling voor taking off (Engels) in het Nederlands

taking off:

taking off [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the taking off (departure; leaving; departing; )
    het vertrek; de afreis
    • vertrek [het ~] zelfstandig naamwoord
    • afreis [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the taking off (putting to sea; departure; sailing; )
    de afvaart; uitvaren; afvaren
    • afvaart [de ~] zelfstandig naamwoord
    • uitvaren [znw.] zelfstandig naamwoord
    • afvaren [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor taking off:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afreis departing; departure; going away; leaving; sailing; starting; taking off
afvaart departing; departure; going away; leaving; putting to sea; sailing; starting; taking off
afvaren departing; departure; going away; leaving; putting to sea; sailing; starting; taking off
uitvaren departing; departure; going away; leaving; putting to sea; sailing; starting; taking off
vertrek departing; departure; going away; leaving; sailing; starting; taking off chamber; room
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afvaren depart; leave; sail; sail away; set sail; take off
uitvaren go off the deep end; rage; rave; sail; set sail; storm; thunder; to be furious

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van taking off