Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal survey

Vertaal survey van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. survey:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor survey (Engels) in het Nederlands

survey:

survey [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the survey (interview; investigation)
    de enquête; de ondervraging
  2. the survey (report; record)
    het verslag; het rapport; de reportage; de weergave; het verhaal
    • verslag [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rapport [het ~] zelfstandig naamwoord
    • reportage [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • weergave [de ~] zelfstandig naamwoord
    • verhaal [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. the survey
    het overzicht; het overzien
  4. the survey (overall picture; overview)
    het overzicht; het totaalbeeld
  5. the survey (mapping out)
    de kartering
  6. the survey (surveyability)
    de overzichtelijkheid
  7. the survey
    – A Web site component that presents users with a set of questions specified by the creator of the survey and collects user responses. Results are tallied in a graphical summary. Requires a Web server that is running Windows SharePoint Services. 1
    de enquête

to survey werkwoord (surveys, surveyd, surveying)

  1. to survey (map)
    in kaart brengen; karteren
    • in kaart brengen werkwoord (breng in kaart, brengt in kaart, bracht in kaart, brachten in kaart, in kaart gebracht)
    • karteren werkwoord (karteer, karteert, karteerde, karteerden, gekarteerd)
  2. to survey (examine; control; inspect; view)
    controleren; inspecteren; examineren; schouwen; keuren
    • controleren werkwoord (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)
    • inspecteren werkwoord (inspecteer, inspecteert, inspecteerde, inspecteerden, geïnspecteerd)
    • examineren werkwoord (examineer, examineert, examineerde, examineerden, geëxamineerd)
    • schouwen werkwoord (schouw, schouwt, schouwde, schouwden, geschouwd)
    • keuren werkwoord (keur, keurt, keurde, keurden, gekeurd)
  3. to survey (look over; inspect)
    overzien; inspecteren
    • overzien werkwoord (overzie, overziet, overzag, overzagen, overzien)
    • inspecteren werkwoord (inspecteer, inspecteert, inspecteerde, inspecteerden, geïnspecteerd)
  4. to survey (enter in the land registry; register)
    kadastreren; inschrijven
    • kadastreren werkwoord (kadastreer, kadastreert, kadastreerde, kadastreerden, gekadastreerd)
    • inschrijven werkwoord (schrijf in, schrijft in, schreef in, schreven in, ingeschreven)

Conjugations for survey:

present
  1. survey
  2. survey
  3. surveys
  4. survey
  5. survey
  6. survey
simple past
  1. surveyd
  2. surveyd
  3. surveyd
  4. surveyd
  5. surveyd
  6. surveyd
present perfect
  1. have surveyd
  2. have surveyd
  3. has surveyd
  4. have surveyd
  5. have surveyd
  6. have surveyd
past continuous
  1. was surveying
  2. were surveying
  3. was surveying
  4. were surveying
  5. were surveying
  6. were surveying
future
  1. shall survey
  2. will survey
  3. will survey
  4. shall survey
  5. will survey
  6. will survey
continuous present
  1. am surveying
  2. are surveying
  3. is surveying
  4. are surveying
  5. are surveying
  6. are surveying
subjunctive
  1. be surveyd
  2. be surveyd
  3. be surveyd
  4. be surveyd
  5. be surveyd
  6. be surveyd
diverse
  1. survey!
  2. let's survey!
  5. surveyd
  6. surveying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor survey:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
controleren audit; check; probe
enquête interview; investigation; survey opinion poll; poll
het overzien survey
kartering mapping out; survey
keuren medical examination
ondervraging interview; investigation; survey examination; hearing; interrogation; questioning; trial
overzicht overall picture; overview; survey list; outline; record; report; statement
overzichtelijkheid survey; surveyability clarity; clearness; limpidity; lucidity; lucidness; pellucidity
overzien overlooking; supervision
rapport record; report; survey charge; report; statement
reportage record; report; survey
schouwen chimney-shafts; chimneys; funnels; stacks
totaalbeeld overall picture; overview; survey
verhaal record; report; survey legend; myth; narration; story; tale
verslag record; report; survey account; commentary; composition; paper; report
weergave record; report; survey refund; reimbursement; restitution; restoration; retrocession; return; skin; view
- resume; sight; sketch; study; view
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
controleren control; examine; inspect; survey; view audit; auditing; check; control; count again; examine; govern; inspect; review; run over again; verify
examineren control; examine; inspect; survey; view check; control; examine; hear; test
in kaart brengen map; survey
inschrijven enter in the land registry; register; survey book; engage; enlist; enrol; enroll; enter; give up; hand down; inscribe; register; sign on; subscribe
inspecteren control; examine; inspect; look over; survey; view check; control; examine; inspect; look at; scrutinise; scrutinize; verify; view; watch
kadastreren enter in the land registry; register; survey
karteren map; survey
keuren control; examine; inspect; survey; view check; control; examine; inspect; sample; take samples; taste; test; try; verify
overzien inspect; look over; survey
schouwen control; examine; inspect; survey; view inspect; look; look on; watch
- appraise; follow; go over; review; surveil
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- examine; general view; inspect; mapping; summary

Verwante woorden van "survey":


Synoniemen voor "survey":


Verwante definities voor "survey":

  1. a detailed critical inspection2
  2. the act of looking or seeing or observing2
    • his survey of the battlefield was limited2
  3. short descriptive summary (of events)2
  4. consider in a comprehensive way2
  5. plot a map of (land)2
  6. make a survey of; for statistical purposes2
  7. hold a review (of troops)2
  8. look over carefully or inspect2
    • He surveyed his new classmates2
  9. keep under surveillance2
  10. A Web site component that presents users with a set of questions specified by the creator of the survey and collects user responses. Results are tallied in a graphical summary. Requires a Web server that is running Windows SharePoint Services.1

Wiktionary: survey

survey
noun
  1. an examination
verb
  1. to inspect; to examine
Cross Translation:
FromToVia
• survey → rondvraag; peiling; opiniepeiling ↔ Umfrage — Befragung einer bestimmten Anzahl von Personen, um einen allgemeinen Meinungsquerschnitt zu erhalten
• survey → onderzoek; enquête; rondvraag ↔ enquête — recherche méthodique d’informations précises.
• survey → exploreren; onderzoeken; uitzoeken; nagaan; uitvissen; vorsen ↔ explorer — parcourir une région inconnue qu’on venir de découvrir pour en connaître la situation, l’étendue, les mœurs, etc.
• survey → speurtocht; speurwerk; zoektocht; queeste; onderzoek ↔ recherche — action de rechercher.

Verwante vertalingen van survey







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0515 seconde
Page rendered in 1.0 seconds