Surface in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

surface:
- oppervlak; oppervlakte; bodemoppervlak; afmeting van bodemoppervlak; bodemoppervlakte
- plaveien; bestraten
Wiktionary:
- surface → oppervlak, oppervlakte
- surface → oppervlak, topje, kroon, kruin, top, oppervlakkig, vluchtig, licht, ondiep, boven-, bovenste, opperste, prevalent, superieur, mantel, oppervlakte

Engels

Uitgebreide vertaling voor surface (Engels) in het Nederlands

surface:

surface [the ~] zelfstandig naamwoord

the surface
het oppervlak; de oppervlakte
- oppervlak [het ~] zelfstandig naamwoord
- oppervlakte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the surface
bodemoppervlak; afmeting van bodemoppervlak; bodemoppervlakte
- bodemoppervlak [znw.] zelfstandig naamwoord
- afmeting van bodemoppervlak [znw.] zelfstandig naamwoord
- bodemoppervlakte [znw.] zelfstandig naamwoord

to surface werkwoord (surfaces, surfaced, surfacing)

to surface (pave)
plaveien; bestraten
- plaveien werkwoord (plavei, plaveit, plaveide, plaveiden, geplaveid)
- bestraten werkwoord (bestraat, bestraatte, bestraatten, bestraat)

Conjugations for surface:

present

surface
surface
surfaces
surface
surface
surface

simple past

surfaced
surfaced
surfaced
surfaced
surfaced
surfaced

present perfect

have surfaced
have surfaced
has surfaced
have surfaced
have surfaced
have surfaced

past continuous

was surfacing
were surfacing
was surfacing
were surfacing
were surfacing
were surfacing

future

shall surface
will surface
will surface
shall surface
will surface
will surface

continuous present

am surfacing
are surfacing
is surfacing
are surfacing
are surfacing
are surfacing

subjunctive

be surfaced
be surfaced
be surfaced
be surfaced
be surfaced
be surfaced

diverse

surface!
let's surface!
surfaced
surfacing

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor surface:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afmeting van bodemoppervlak	surface
bodemoppervlak	surface	ground; soil
bodemoppervlakte	surface
oppervlak	surface
oppervlakte	surface
-	Earth's surface; aerofoil; airfoil; control surface; open
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bestraten	pave; surface
plaveien	pave; surface
-	coat; come on; come out; come up; rise; rise up; show up; turn up

Verwante woorden van "surface":

resurface, surfacing, surfaces

Synoniemen voor "surface":

aboveground; grade-constructed; opencast; opencut
skin-deep; superficial; shallow
artifact; artefact
boundary; bound; bounds
Earth's surface; layer
aspect; facet
open; public knowledge; general knowledge
airfoil; aerofoil; control surface; device
come up; rise up; rise; ascend; go up
coat; cover
come on; come out; turn up; show up; appear

Antoniemen van "surface":

subsurface; overhead

Verwante definities voor "surface":

on the surface¹
- surface materials of the moon¹
a device that provides reactive force when in motion relative to the surrounding air; can lift or control a plane in flight¹
the outer boundary of an artifact or a material layer constituting or resembling such a boundary¹
- there is a special cleaner for these surfaces¹
- the cloth had a pattern of red dots on a white surface¹
information that has become public¹
- the facts had been brought to the surface¹
a superficial aspect as opposed to the real nature of something¹
- it was not what it appeared to be on the surface¹
the extended two-dimensional outer boundary of a three-dimensional object¹
- they skimmed over the surface of the water¹
- a brush small enough to clean every dental surface¹
- the sun has no distinct surface¹
the outermost level of the land or sea¹
- earthquakes originate far below the surface¹
appear or become visible; make a showing¹
- I hope the list key is going to surface again¹
put a coat on; cover the surface of; furnish with a surface¹
come to the surface¹

Wiktionary: surface

surface

noun

up-side of a flat object
- surface → oppervlak

surface

noun

vlak dat iets naar boven begrenst
- oppervlak; oppervlakte → surface

Cross Translation:

From	To	Via
• surface	→ oppervlak	↔ Oberfläche — die Fläche, die ein Objekt oder eine Flüssigkeit von ihrer Umgebung abgrenzt
• surface	→ oppervlak	↔ Oberfläche — die Größe dieser Fläche
• surface	→ topje; kroon; kruin; top	↔ faîte — Le comble, la partie la plus élever d’un bâtiment, d’un édifice.
• surface	→ topje; kroon; kruin; top	↔ haut — élévation, hauteur.
• surface	→ oppervlakkig; vluchtig; licht; ondiep	↔ superficiel — Qui n’intéresser que la superficie, qui est uniquement en surface.
• surface	→ boven-; bovenste; opperste; prevalent; superieur	↔ supérieur — Qui est situé au-dessus.
• surface	→ mantel; oppervlak; oppervlakte	↔ surface — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van surface

Remove Ads

Vertaal surface van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor surface (Engels) in het Nederlands

surface:

surface [the ~] zelfstandig naamwoord

the surface

the surface

to surface werkwoord (surfaces, surfaced, surfacing)

to surface (pave)

Conjugations for surface:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor surface:

Verwante woorden van "surface":

Synoniemen voor "surface":

Antoniemen van "surface":

Verwante definities voor "surface":

Wiktionary: surface

Verwante vertalingen van surface