Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- stout:
-
Wiktionary:
- stout → stoutbier, dikkerd, dikzak, vetzak, grote
- stout → gezet, zwaarlijvig
- stout → resoluut, vastbesloten, krjgshaftig, dik, lijvig, degelijk, deugdelijk, flink, gedegen, hecht, solide, vast
Engels
Uitgebreide vertaling voor stout (Engels) in het Nederlands
stout:
-
stout (obese)
zwaarlijvig; dik; corpulent; lijvig; gezet-
zwaarlijvig bijvoeglijk naamwoord
-
dik bijvoeglijk naamwoord
-
corpulent bijvoeglijk naamwoord
-
lijvig bijvoeglijk naamwoord
-
gezet bijvoeglijk naamwoord
-
-
stout (obese)
-
stout (well built; solid; strong; sturdy; muscular)
-
stout (vigorous; tough; drastic; strong; powerful; robust; forceful; energetically; energetic; potent)
krachtdadig; doortastend; drastisch; sterk; ferm; krachtig-
krachtdadig bijvoeglijk naamwoord
-
doortastend bijvoeglijk naamwoord
-
drastisch bijvoeglijk naamwoord
-
sterk bijvoeglijk naamwoord
-
ferm bijvoeglijk naamwoord
-
krachtig bijvoeglijk naamwoord
-
-
stout (hefty; sturdy; powerfully built)
-
stout (solid; substantial; firm; stable)
Vertaal Matrix voor stout:
Verwante woorden van "stout":
Synoniemen voor "stout":
Verwante definities voor "stout":
Wiktionary: stout
stout
stout
Cross Translation:
adjective
-
zwaarlijvig, dik, corpulent
-
van groot lichaamsgewicht
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• stout | → resoluut; vastbesloten | ↔ mannhaft — entschlossen, tatkräftig |
• stout | → krjgshaftig | ↔ mannhaft — tapfer, unerschrocken |
• stout | → dik; lijvig | ↔ gros — Qui a beaucoup de circonférence ou de volume. |
• stout | → degelijk; deugdelijk; flink; gedegen; hecht; solide; vast | ↔ solide — physique|fr Qui a de la consistance. |
• stout | → dik; lijvig | ↔ épais — Qui a une certaine mesure dans la dimension transversale. |