Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal speeder

Vertaal speeder van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. speeder:
  2. speed:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor speeder (Engels) in het Nederlands

speeder:

speeder [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the speeder (speed fiend; road maniac; speed demon)
    – a driver who exceeds the safe speed limit 1
    de kilometervreter; de snelheidsovertreder

Vertaal Matrix voor speeder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kilometervreter road maniac; speed demon; speed fiend; speeder
snelheidsovertreder road maniac; speed demon; speed fiend; speeder
- speed demon

Verwante woorden van "speeder":

  • speeders

Synoniemen voor "speeder":


Verwante definities voor "speeder":

  1. a driver who exceeds the safe speed limit1

speed:

speed [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the speed (velocity)
    de snelheid; de vaart; de spoed; het tempo; de gang
    • snelheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vaart [de ~] zelfstandig naamwoord
    • spoed [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • tempo [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the speed (acceleration)
    de acceleratie; de versnelling
  3. the speed (full speed)
    in volle vaart; de vaart
  4. the speed (driving speed)
    de rijsnelheid
  5. the speed (top speed; full tilt; maximum speed)
    de topsnelheid; de maximumsnelheid; ijl; hoogste snelheid

to speed werkwoord (speeds, speeded, speeding)

  1. to speed (race; run a race)
    hardrijden
    • hardrijden werkwoord (rijd hard, rijdt hard, reed hard, reden hard, hardgereden)

Conjugations for speed:

present
  1. speed
  2. speed
  3. speeds
  4. speed
  5. speed
  6. speed
simple past
  1. speeded
  2. speeded
  3. speeded
  4. speeded
  5. speeded
  6. speeded
present perfect
  1. have speeded
  2. have speeded
  3. has speeded
  4. have speeded
  5. have speeded
  6. have speeded
past continuous
  1. was speeding
  2. were speeding
  3. was speeding
  4. were speeding
  5. were speeding
  6. were speeding
future
  1. shall speed
  2. will speed
  3. will speed
  4. shall speed
  5. will speed
  6. will speed
continuous present
  1. am speeding
  2. are speeding
  3. is speeding
  4. are speeding
  5. are speeding
  6. are speeding
subjunctive
  1. be speeded
  2. be speeded
  3. be speeded
  4. be speeded
  5. be speeded
  6. be speeded
diverse
  1. speed!
  2. let's speed!
  5. speeded
  6. speeding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor speed:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acceleratie acceleration; speed
gang speed; velocity aisle; alley; corridor; drive; excursion; gangway; journey; outing; passage; tour; trip; voyage
hoogste snelheid full tilt; maximum speed; speed; top speed
ijl full tilt; maximum speed; speed; top speed haste; hastiness; hurry; overhaste; rush
in volle vaart full speed; speed
maximumsnelheid full tilt; maximum speed; speed; top speed
rijsnelheid driving speed; speed
snelheid speed; velocity quickness; rapidity; tempo
spoed speed; velocity haste; hastiness; hurry; overhaste; rush
tempo speed; velocity quickness; rapidity; tempo
topsnelheid full tilt; maximum speed; speed; top speed
vaart full speed; speed; velocity canal; channel; quickness; rapidity; tempo
versnelling acceleration; speed acceleration; gear
- amphetamine; f number; fastness; focal ratio; hurrying; pep pill; speeding; stop number; swiftness; upper; velocity
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hardrijden race; run a race; speed
- accelerate; hurry; quicken; speed up; travel rapidly; zip
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ijl rare; rarefied; teneous
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
topsnelheid full speed

Verwante woorden van "speed":

  • speeding, speeds

Synoniemen voor "speed":


Antoniemen van "speed":


Verwante definities voor "speed":

  1. changing location rapidly1
  2. a central nervous system stimulant that increases energy and decreases appetite; used to treat narcolepsy and some forms of depression1
  3. a rate (usually rapid) at which something happens1
    • the project advanced with gratifying speed1
  4. the ratio of the focal length to the diameter of a (camera) lens system1
  5. distance travelled per unit time1
  6. move faster1
  7. cause to move faster1
  8. move very fast1
    • The runner zipped past us at breakneck speed1
  9. travel at an excessive or illegal velocity1
    • I got a ticket for speeding1

Wiktionary: speed

speed
noun
  1. rapidity
  2. rate of motion
  3. slang: methamphetamine
speed
noun
  1. de verandering in de tijd van de plaats van een voorwerp
  2. een opgebouwde snelheid
Cross Translation:
FromToVia
• speed → snelheid; vaart ↔ Geschwindigkeit — Physik: Verhältnis von zurückgelegter Strecke zur dafür benötigten Zeit (Geschwindigkeit = Strecke/Zeit)
• speed → tempo ↔ Tempo — Plural 2: umgangssprachlich für Geschwindigkeit
• speed → snelheid; tempo; vaart; aanblik; aanzien; air; verschijning; schijn; uiterlijk; voorkomen; zeilstand ↔ allure — façon d’aller, de marcher.
• speed → cadens ↔ cadence — suite régulière de sons, de gestes, de mouvements, d'événements, etc., rythme.
• speed → rapheid; snelheid; vlugheid; spoed; vaart; gezwindheid; haastigheid; haast; ijl ↔ hâte — Extrême promptitude, vivacité, rapidité avec laquelle on fait quelque chose.
• speed → snelheid; tempo; vaart; rapheid; vlugheid; spoed; gezwindheid ↔ rapidité — célérité, grande vitesse.
• speed → snelheid; tempo; vaart ↔ vitesse — allure, rapidité lors d’un mouvement.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0447 seconde
Page rendered in 1.0 seconds