Security in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

security:
- veiligheid; bescherming; beschutting; garantie; waarborg; cautie; onderpand; waarborgsom; borg; waarborging; pand; geborgenheid; securiteit; keur; waardepapier; zekerheidstelling; beveiliging
Wiktionary:
- security → veiligheid, beveiliging, veiligheidsdienst, onderpand, effect, waarborg
- security → geborgenheid, terugbetaling, veiligheid, zekerheid
Gebruikers suggesties voor security:
- beveiliger

Engels

Uitgebreide vertaling voor security (Engels) in het Nederlands

security:

security [the ~] zelfstandig naamwoord

the security (safety)
de veiligheid; de bescherming; de beschutting
- veiligheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- bescherming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- beschutting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the security (guarantee; warranty; premises; bond; pledge; surety; edifice; lot)
de garantie; de waarborg; de cautie; het onderpand; de waarborgsom; de borg; waarborging; het pand
- garantie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- waarborg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- cautie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onderpand [het ~] zelfstandig naamwoord
- waarborgsom [de ~] zelfstandig naamwoord
- borg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- waarborging [znw.] zelfstandig naamwoord
- pand [het ~] zelfstandig naamwoord
the security (protection)
de geborgenheid
- geborgenheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the security (caution money; bond)
de waarborgsom; de securiteit; het onderpand
- waarborgsom [de ~] zelfstandig naamwoord
- securiteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onderpand [het ~] zelfstandig naamwoord
the security (guarantee; warrant; seal; imprint; stamp)
de waarborg; de keur
- waarborg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- keur [de ~] zelfstandig naamwoord
the security (bond)
het waardepapier
- waardepapier [het ~] zelfstandig naamwoord
the security
de zekerheidstelling
- zekerheidstelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the security

– Protection of a computer system and its data from harm or loss. ¹
de beveiliging
- beveiliging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor security:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bescherming	safety; security	administration; control; cover; data protection; guardianship; management; patronage; protection; safety; shelter; supervision; surveillance
beschutting	safety; security	covering; lee; shelter
beveiliging	security	guard; protection; safeguard; safety
borg	bond; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty
cautie	bond; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty
garantie	bond; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty	free service; guarantee; guarantee certificate
geborgenheid	protection; security
keur	guarantee; imprint; seal; security; stamp; warrant	assortment; elite; selection
onderpand	bond; caution money; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty
pand	bond; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty	building; construction; edifice; house; lot; premises; residence; structure
securiteit	bond; caution money; security
veiligheid	safety; security	protection; safety
waarborg	bond; edifice; guarantee; imprint; lot; pledge; premises; seal; security; stamp; surety; warrant; warranty
waarborging	bond; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty
waarborgsom	bond; caution money; edifice; guarantee; lot; pledge; premises; security; surety; warranty
waardepapier	bond; security	negotiable instrument
zekerheidstelling	security	standing security
-	certificate; protection; security department; security measure; security measures; security system; surety

Verwante woorden van "security":

insecurity, securities

Synoniemen voor "security":

safety
certificate; legal document; legal instrument; official document; instrument
security department; department; section
security measures; precaution; safeguard; guard
protection; assets
fearlessness; bravery
security system; security measure; electrical device
surety; transferred property; transferred possession
guarantee; warrant; warrantee; warranty

Antoniemen van "security":

insecurity

Verwante definities voor "security":

measures taken as a precaution against theft or espionage or sabotage etc.²
- military security has been stepped up since the recent uprising²
an electrical device that sets off an alarm when someone tries to break in²
a guarantee that an obligation will be met²
freedom from anxiety or fear²
- the watch dog gave her a feeling of security²
a department responsible for the security of the institution's property and workers²
- the head of security was a former policeman²
defense against financial failure; financial independence²
- his pension gave him security in his old age²
property that your creditor can claim in case you default on your obligation²
- bankers are reluctant to lend without good security²
a formal declaration that documents a fact of relevance to finance and investment; the holder has a right to receive interest or dividends²
- he held several valuable securities²
the state of being free from danger or injury²
- we support the armed services in the name of national security²
Protection of a computer system and its data from harm or loss.¹

Wiktionary: security

security

noun

condition of not being threatened
- security → veiligheid
something that secures
- security → beveiliging
organization or department responsible for providing security
- security → veiligheidsdienst
finance: property temporarily relinquished
- security → onderpand

security

noun

waardepapier
- effect → security
een situatie waarin een bepaald gevaar niets kan aanrichten
- veiligheid → safety; security
een geldbedrag of iets anders dat tijdelijk gegeven wordt als onderpand voor het geval men een verplichting niet na kan komen
- waarborg → guarantee; pledge; security; warrant

Cross Translation:

From	To	Via
• security	→ geborgenheid	↔ Geborgenheit — Zustand des Sicherheits- und Wohlgefühls
• security	→ terugbetaling	↔ ristourne — (term, Assurances maritimes) annulation d’un contrat d’assurance au profit de l’assureur.
• security	→ veiligheid; zekerheid	↔ sécurité — confiance, tranquillité d’esprit qui résulter de l’opinion, bien ou mal fonder, qu’on n’a pas à craindre de danger.

User Translations:

Word	Translation	Votes
security	beveiliger	4

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van security

Remove Ads

Vertaal security van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor security (Engels) in het Nederlands

security:

security [the ~] zelfstandig naamwoord

the security (safety)

the security (guarantee; warranty; premises; bond; pledge; surety; edifice; lot)

the security (protection)

the security (caution money; bond)

the security (guarantee; warrant; seal; imprint; stamp)

the security (bond)

the security

the security

Vertaal Matrix voor security:

Verwante woorden van "security":

Synoniemen voor "security":

Antoniemen van "security":

Verwante definities voor "security":

Wiktionary: security

Verwante vertalingen van security