Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal safeguarding

Vertaal safeguarding van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. safeguarding:
  2. safeguard:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor safeguarding (Engels) in het Nederlands

safeguarding:

safeguarding [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the safeguarding (guarantee; protection)
    de vrijwaring
  2. the safeguarding
    indekken

Vertaal Matrix voor safeguarding:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
indekken safeguarding
vrijwaring guarantee; protection; safeguarding disclaimer
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
indekken cover

Verwante woorden van "safeguarding":


Wiktionary: safeguarding

safeguarding
noun
  1. de genomen maatregelen die er zo goed mogelijk voor zorgen dat er niets verkeerds gebeurt

safeguard:

to safeguard werkwoord (safeguards, safeguarded, safeguarding)

  1. to safeguard (equip with an alarm system; secure; protect; guard)
    beveiligen; van alarm voorzien
  2. to safeguard (protect; guard; herd; watch over; shield)
    beschermen; beschutten; in bescherming nemen; verdedigen
    • beschermen werkwoord (bescherm, beschermt, beschermde, beschermden, beschermd)
    • beschutten werkwoord (beschut, beschutte, beschutten, beschut)
    • in bescherming nemen werkwoord (neem in bescherming, neemt in bescherming, nam in bescherming, namen in bescherming, in bescherming genomen)
    • verdedigen werkwoord (verdedig, verdedigt, verdedigde, verdedigden, verdedigd)
  3. to safeguard
    veilig opbergen
  4. to safeguard (keep watch over; herd; guard; protect)
    hoeden
    • hoeden werkwoord (hoed, hoedt, hoedde, hoedden, gehoed)

Conjugations for safeguard:

present
  1. safeguard
  2. safeguard
  3. safeguards
  4. safeguard
  5. safeguard
  6. safeguard
simple past
  1. safeguarded
  2. safeguarded
  3. safeguarded
  4. safeguarded
  5. safeguarded
  6. safeguarded
present perfect
  1. have safeguarded
  2. have safeguarded
  3. has safeguarded
  4. have safeguarded
  5. have safeguarded
  6. have safeguarded
past continuous
  1. was safeguarding
  2. were safeguarding
  3. was safeguarding
  4. were safeguarding
  5. were safeguarding
  6. were safeguarding
future
  1. shall safeguard
  2. will safeguard
  3. will safeguard
  4. shall safeguard
  5. will safeguard
  6. will safeguard
continuous present
  1. am safeguarding
  2. are safeguarding
  3. is safeguarding
  4. are safeguarding
  5. are safeguarding
  6. are safeguarding
subjunctive
  1. be safeguarded
  2. be safeguarded
  3. be safeguarded
  4. be safeguarded
  5. be safeguarded
  6. be safeguarded
diverse
  1. safeguard!
  2. let's safeguard!
  5. safeguarded
  6. safeguarding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

safeguard [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the safeguard (safe-conduct; permit; licence; license)
    de vrijbrief
  2. the safeguard (safe-conduct; permit; licence; license)
    het vrijgeleide
  3. the safeguard
    – A technology, policy, or procedure that counters a threat or protects assets. 1
    de beveiliging

Vertaal Matrix voor safeguard:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschermen protection
beveiliging safeguard guard; protection; safety; security
verdedigen defending
vrijbrief licence; license; permit; safe-conduct; safeguard
vrijgeleide licence; license; permit; safe-conduct; safeguard
- guard; precaution; safe-conduct
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beschermen guard; herd; protect; safeguard; shield; watch over cover; fence in; fence off; guard; guard from; lock up; patronise; patronize; preserve; protect; protect with a security system; save; shield
beschutten guard; herd; protect; safeguard; shield; watch over cover; fence in; fence off; guard; lock up; preserve; protect; save; shield
beveiligen equip with an alarm system; guard; protect; safeguard; secure protect; protect with a security system
hoeden guard; herd; keep watch over; protect; safeguard
in bescherming nemen guard; herd; protect; safeguard; shield; watch over guard; protect; shield
van alarm voorzien equip with an alarm system; guard; protect; safeguard; secure
veilig opbergen safeguard
verdedigen guard; herd; protect; safeguard; shield; watch over defend; hold off; keep away; keep off; keep out; resist
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- cover; defend; guard; protect

Verwante woorden van "safeguard":


Synoniemen voor "safeguard":


Verwante definities voor "safeguard":

  1. a precautionary measure warding off impending danger or damage or injury etc.2
    • an insurance policy is a good safeguard2
  2. a document or escort providing safe passage through a region especially in time of war2
  3. make safe2
  4. escort safely2
  5. A technology, policy, or procedure that counters a threat or protects assets.1

Wiktionary: safeguard

Cross Translation:
FromToVia
• safeguard → behoeden; beschermen; bewaken; bewaren; de wacht hebben; hoeden; waken over ↔ protéger — prendre la défense de quelqu’un, de quelque chose ; prêter secours et appui.
• safeguard → zekerstellen ↔ sauvegarder — Prendre sous sa sauvegarde. Se dit en parlant des personnes et des choses.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0468 seconde
Page rendered in 1.0 seconds