Robe in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

robe:
- jurk; gewaad; robe; tabberd; avondjurk; avondjapon; avondtoilet; toga; ornaat; ambtskleden; ambtsgewaad; ambtskleed; priesterlijk ambtsgewaad; kerkgewaad; liturgisch gewaad
Wiktionary:
- robe → kleed
- robe → japon, jurk, toga

Engels

Uitgebreide vertaling voor robe (Engels) in het Nederlands

the robe (dress; gown; garb; garments)
de jurk; het gewaad; de robe
- jurk [de ~] zelfstandig naamwoord
- gewaad [het ~] zelfstandig naamwoord
- robe [de ~] zelfstandig naamwoord
the robe (tabard)
de tabberd
- tabberd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the robe (evening-dress; gown)
de robe; de avondjurk; de avondjapon; het avondtoilet
- robe [de ~] zelfstandig naamwoord
- avondjurk [de ~] zelfstandig naamwoord
- avondjapon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- avondtoilet [het ~] zelfstandig naamwoord
the robe (vestments; toga; robes of office; gown; regalia)
de toga; het ornaat; ambtskleden; de robe; het ambtsgewaad; ambtskleed
- toga [de ~] zelfstandig naamwoord
- ornaat [het ~] zelfstandig naamwoord
- ambtskleden [znw.] zelfstandig naamwoord
- robe [de ~] zelfstandig naamwoord
- ambtsgewaad [het ~] zelfstandig naamwoord
- ambtskleed [znw.] zelfstandig naamwoord
the robe (vestment; habit; sacerdotal vestment)
priesterlijk ambtsgewaad; kerkgewaad; liturgisch gewaad
- priesterlijk ambtsgewaad [znw.] zelfstandig naamwoord
- kerkgewaad [znw.] zelfstandig naamwoord
- liturgisch gewaad [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ambtsgewaad	gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
ambtskleden	gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
ambtskleed	gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
avondjapon	evening-dress; gown; robe
avondjurk	evening-dress; gown; robe
avondtoilet	evening-dress; gown; robe
gewaad	dress; garb; garments; gown; robe	attire; clothes; clothing; dress; garb; garments; livery; outfit
jurk	dress; garb; garments; gown; robe
kerkgewaad	habit; robe; sacerdotal vestment; vestment
liturgisch gewaad	habit; robe; sacerdotal vestment; vestment
ornaat	gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
priesterlijk ambtsgewaad	habit; robe; sacerdotal vestment; vestment
robe	dress; evening-dress; garb; garments; gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
tabberd	robe; tabard
toga	gown; regalia; robe; robes of office; toga; vestments
-	gown
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	cloak; clothe; drape; vest
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	gown

garment
gown; outerwear; overclothes
vest; dress; clothe; enclothe; garb; raiment; tog; garment; habilitate; fit out; apparel

outerwear consisting of a long flowing garment used for official or ceremonial occasions¹
any loose flowing garment¹
clothe formally; especially in ecclesiastical robes¹
cover as if with clothing¹

robe

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• robe	→ japon; jurk; toga	↔ robe — Traductions à trier