Engels

Uitgebreide vertaling voor respite (Engels) in het Nederlands

respite:

respite [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the respite (delay; reprive)
    het uitstel; het respijt; de onderbreking
  2. the respite (postponement; suspension; delay)
    het uitstel; het respijt
    • uitstel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • respijt [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. the respite (time for reflection)
    het respijt; de bedenktijd

Vertaal Matrix voor respite:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedenktijd respite; time for reflection
onderbreking delay; reprive; respite break; disruption; gap; interference; intermission; interruption; interval; intervention; meddling; pause; recess; rest-break; severance
respijt delay; postponement; reprive; respite; suspension; time for reflection
uitstel delay; postponement; reprive; respite; suspension
- abatement; break; hiatus; recess; relief; reprieve; rest; rest period; suspension; time out
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- reprieve
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- respite for payment; term of grace; time of grace

Verwante woorden van "respite":


Synoniemen voor "respite":


Verwante definities voor "respite":

  1. a pause from doing something (as work)1
  2. the act of reprieving; postponing or remitting punishment1
  3. an interruption in the intensity or amount of something1
  4. a (temporary) relief from harm or discomfort1
  5. a pause for relaxation1
  6. postpone the punishment of a convicted criminal, such as an execution1

Wiktionary: respite

respite
noun
  1. brief interval of rest or relief
  2. reprieve, especially from a sentence of death

Cross Translation:
FromToVia
respite termijn Frist — spätester Zeitpunkt
respite pauze; rust pausesuspension, interruption momentanée d’une action.
respite bedaardheid; gerustheid; rustigheid; kalmte; rust; bewegingloosheid; roerloosheid; strakheid; stilstand; pauze; stilte reposprivation, cessation de mouvement, d’activité ou d’effort,.
respite opschorting; verdaging; verlating; oponthoud; uitstel; verlet sursisdélai, remise, suspension de l’exécution d’une mesure.