Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal resistant

Vertaal resistant van Engels naar Nederlands

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

resistant:
- Wiktionary:
  resistant → resistent
  resistant → ferm, fors, hecht, potig, robuust, sterk, stevig, stoer, struis, weerstandsvermogen
- Gebruikers suggesties voor resistant:
  resistent, bestendig, bestand tegen, weerstand, resistant, immuun
- Synoniemen voor "resistant":
  immune; unsusceptible; insusceptible
  tolerant; tolerable
  impervious; imperviable
  insubordinate; resistive; defiant; noncompliant
  repellent; nonabsorbent; nonabsorptive

Engels

Uitgebreide vertaling voor resistant (Engels) in het Nederlands

resistant: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

resist: tegengaan; tegenwerken; tegenstreven; weerstreven; weerstaan; verzetten; protesteren; tegenstribbelen; tegenspartelen; verdedigen; weren; afweren; verweren; zich verzetten; verzet tonen; iets weerstaan
ant: mier

resistant:

Vertaal Matrix voor resistant:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	immune; insubordinate; repellant; repellent; resistive; tolerant
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	firm; solid

Verwante woorden van "resistant":

unresistant

Synoniemen voor "resistant":

immune; unsusceptible; insusceptible
tolerant; tolerable
impervious; imperviable
insubordinate; resistive; defiant; noncompliant
repellent; nonabsorbent; nonabsorptive

Verwante definities voor "resistant":

incapable of absorbing or mixing with¹
- plastic highly resistant to steam and water¹
disposed to or engaged in defiance of established authority¹
impervious to being affected¹
- resistant to the effects of heat¹
- resistant to persuasion¹
relating to or conferring immunity (to disease or infection)¹
able to tolerate environmental conditions or physiological stress¹
- the new hybrid is more resistant to drought¹

Wiktionary: resistant

resistant

adjective

bestand tegen
- resistent → resistant

Cross Translation:

From	To	Via
• resistant	→ ferm; fors; hecht; potig; robuust; sterk; stevig; stoer; struis	↔ robuste — Qui est fort, vigoureux, résistant.
• resistant	→ weerstandsvermogen	↔ résistant — qui résiste

Verwante vertalingen van resistant

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University